Natuurlijk, het was een zware periode. Maar corona biedt ook kansen, zegt Giuseppe Cavallaro. Met zijn modemerk Cavallaro Napoli durft hij nu zelfs weer aan groeien te denken.

Dreigde daar nou zijn levenswerk in te storten? Het bedrijf dat hij in zestien jaar op eigen kracht had opgebouwd? Giuseppe Cavallaro kneep 'm in het begin van de coronacrisis wel. Er kwam nauwelijks nog geld binnen, er ging vooral geld uit. “Het was een behoorlijke shock.”

Vooral omdat het tot dat moment zo voorspoedig was gegaan. Cavallaro, zoon van een Italiaanse vader en een Nederlandse moeder, was in 1999 begonnen met de verkoop van zijden dassen. Hij liet ze overkomen uit Napels, waar zijn vader vandaan komt. De eerste twintig dassen had hij in een mum van tijd verkocht. De orders werden daarna steeds groter; het mondde uit in een importbedrijfje.
 

Eerste winkel

In 2004, op 1 maart om precies te zijn, opende hij met zijn laatste spaarcenten de eerste Cavallaro-winkel in Utrecht. Dat ziet hij als het officiële startsein voor zijn merk: Cavallaro Napoli. Hij verkocht er vooral stropdassen, maar ook overhemden en wat manchetknopen. Ook afkomstig uit Italië. “Het was de tijd dat iedereen die op kantoor werkte een pak droeg. Jasje-dasje. Dat is nu anders, maar toen bijna een verplichting.”

De zaak liep goed. Na 2,5 jaar kwam er een tweede winkel in Breda. “Toen weer sparen en ik kon een derde winkel openen. En daarna waren er jaren dat ik wel drie of vier winkels per jaar opende.” Op een gegeven moment werd hij ook benaderd door collega-retailers die vroegen of ze zijn overhemden en dassen mochten verkopen. “Natuurlijk was dat goed. Hartstikke leuk en een compliment.”

In januari 2010 stond Cavallaro Napoli voor het eerst op de modebeurs Modefabriek in Amsterdam en begon het balletje pas echt te rollen. Het merk viel in de smaak. De collectie met een eigen handschrift ('eigentijds, elegant en met een peppy twist') gaf een boost aan de verkoop, zowel van heren- als dameskleding. Cavallaro Napoli ontwikkelde zich tot een volwaardig merk, met zeventien brandstores in Nederland en ruim 350 verkooppunten in binnen- en buitenland.

Kortom: alleen maar jaren van groei. “Zonder externe financiering. Niet dat ik mezelf daarvoor op de borst klop, maar het is niet iets wat in onze branche vanzelfsprekend is.” Toen in maart 2020 het coronavirus de kop opstak, zag de wereld er snel heel anders uit.
 

Uit de handen glippen

“Toen zag ik het bedrijf dat ik met veel liefde heb opgebouwd uit mijn handen glippen”, zegt Cavallaro. “Dan moet je aan allerlei knoppen gaan draaien. Ten eerste om te overleven.”

Snijden in de kosten was het devies. “Het meest pijnlijke is om aan de knop van de payrolling te zitten. Contracten niet verlengen of de overeenkomst van mensen die nog in hun proeftijd zaten per direct beëindigen. Niet dat we gedwongen ontslagen hebben gehad, maar we hebben wel eens iemand moeten laten lopen die eigenlijk prima op zijn of haar plek zat.”

Maar ook aan de inkomstenkant moest iets gebeuren. Op het moment dat de outletwinkels dicht waren, besloot Cavallaro de oudere collecties online te zetten. “Met gelijk een goede korting. Dat heeft voor de nodige euro's gezorgd, zodat we de boel draaiende konden houden.”
 

Sportcollectie

Doordat er massaal thuis werd gewerkt, was er nauwelijks nog vraag naar formele kleding. Daarom werd in korte tijd het assortiment omgegooid: er werd ingezet op een sportievere lijn. Er kwam zelfs een nieuw sublabel: Cavallaro Sport. “Dat stond al jaren op ons verlanglijstje.”

Niet vreemd aangezien Cavallaro Napoli onder anderen de staf en de spelers van het Nederlands elftal kleedt. Ook is het merk kledingpartner bij AZ, bij de tennisbond en bij de schaats- en wielerploegen van Team Jumbo-Visma. Spelers en staf van Arsenal droegen onlangs zelfs de maatpakken van Cavallaro Napoli. “We hadden al een grote link met sport, maar we hadden nog geen sportcollectie.”

En de sportcollectie sloeg aan, stelt Cavallaro (zelf een groot voetbalfan) tot zijn tevredenheid vast. “Zo blijkt dat een crisis ook goed is voor het ontplooien van nieuwe activiteiten, voor omdenken. Dat is ook ondernemen: kansen zien in een veranderend umfelt.” Cavallaro Napoli kwam door deze initiatieven de crisis al met al goed door, zonder bij de bank te hoeven aankloppen.

Al volgde half december nog een fikse tegenvaller: opnieuw moesten de winkels dicht, voor vier weken. “De laatste twee weken van december en de eerste twee weken van januari zijn steevast de beste van het jaar. En ook die werden ons weer afgenomen. Gelukkig hebben we met onze webshop een deel van het wegvallen van de omzet kunnen opvangen."
 

Naar de P.C.

Inmiddels kan er weer worden gedacht aan groei. Zo komt er in april zelfs een winkel bij, in de P.C. Hooftstraat in Amsterdam. “Dat is een mijlpaal, een jongensdroom.” Daarmee komt de teller op achttien winkels. Cavallaro schat in dat er in Nederland nog ruimte is voor vier extra winkels. Voor verdere groei kijkt hij naar Duitsland. In de zes grootste steden ziet hij daar mogelijkheden.

“Al ben ik ervan overtuigd dat we ook in Nederland nog lang niet uitgegroeid zijn”, zegt Cavallaro. Zo is bij velen nog steeds niet bekend dat er ook dameskleding in het assortiment zit, merkt hij. “We kunnen nog veel meer uit ons merk en ons bedrijf halen dan we nu doen.”