RetailTrends belt iedere week met een expert over een opvallende actuele ontwikkeling. Deze keer: Cees-Jan Pen, lector Ondernemende Regio aan Fontys Hogeschool Economie en Communicatie, over de gevolgen van veranderd consumentengedrag voor binnensteden.
Consumenten denken dat ze over vijf jaar veel vaker lokaal en online winkelen. Dat blijkt uit onderzoek van Q&A Insights & Consultancy in opdracht van de Retailagenda, een samenwerkingsverband van overheden, de detailhandel en de vastgoedsector. Voor het onderzoek werden afgelopen zomer bijna 4500 consumenten ondervraagd.
Alleen de groep van 18 tot 29 jaar denkt vaker naar grote steden te gaan om te winkelen. Grote steden moeten volgens het onderzoek rekening houden met een daling van het aantal bezoekers uit andere leeftijdsgroepen en uit de dertig grootste plattelandsgemeenten van Nederland.
Consumenten denken dat ze over vijf jaar veel vaker lokaal en online winkelen. Verwacht u ook dat dit gebeurt?...
RetailTrends belt iedere week met een expert over een opvallende actuele ontwikkeling. Deze keer: Cees-Jan Pen, lector Ondernemende Regio aan Fontys Hogeschool Economie en Communicatie, over de gevolgen van veranderd consumentengedrag voor binnensteden.
Consumenten denken dat ze over vijf jaar veel vaker lokaal en online winkelen. Dat blijkt uit onderzoek van Q&A Insights & Consultancy in opdracht van de Retailagenda, een samenwerkingsverband van overheden, de detailhandel en de vastgoedsector. Voor het onderzoek werden afgelopen zomer bijna 4500 consumenten ondervraagd.
Alleen de groep van 18 tot 29 jaar denkt vaker naar grote steden te gaan om te winkelen. Grote steden moeten volgens het onderzoek rekening houden met een daling van het aantal bezoekers uit andere leeftijdsgroepen en uit de dertig grootste plattelandsgemeenten van Nederland.
Consumenten denken dat ze over vijf jaar veel vaker lokaal en online winkelen. Verwacht u ook dat dit gebeurt?
“Online gaat de groei gestaag door. Maar de grens wordt wel een keer bereikt. Dat zie je in het rapport ook: de groei zal afvlakken. De rek is eruit. Het is wel zorgelijk, ook voor de onlinebusiness zelf, dat consumenten niet willen betalen voor bezorging en retour. Ze willen dat gratis houden. Ik denk dat dit in de huidige tijd onhoudbaar is, gelet op alle nadruk op circulariteit en verduurzaming.
Dat consumenten denken dat ze vaker lokaal gaan kopen, past bij de hang naar kwaliteit, ambachtelijkheid, authenticiteit en vakmanschap. Dat zag je ook in coronatijd. Op zich is dat niet verrassend.
Wel zie je dat de verschillen tussen centra toenemen. Je hebt de lokale centra en de twintig à dertig grootste binnensteden die in trek blijven qua winkelen, maar er is nog een heel grote groep daartussen. Dat zijn centra die niet het complete pakket hebben; vaak middelgrote centra. Daar nemen de zorgen toe en is leefbaarheid echt in het geding.”
Veel steden hebben toekomstvisies ontwikkeld. Ook is er een programma Impulsaanpak Winkelgebieden, waar bijvoorbeeld leegstaande winkelpanden worden omgebouwd tot woningen. Gebeurt er genoeg of moet er een tandje bij?
“Er moet echt een tandje bij. We gaan van een pure winkelstraat naar een straat waar ook wordt gewinkeld. Er moeten andere functies in centra komen. Meer wonen, meer werken, cultuur – een functiemix met van alles en nog wat. Dat gaat niet snel genoeg.
Pandeigenaren kijken naar elkaar: wie gaat als eerste het verlies nemen? Je ziet ook nog koudwatervrees, zoals discussies over zogenaamd grote economische schade met betrekking tot minder parkeerplaatsen en autoluwe binnensteden. Willen consumenten dat wel? En willen ze er wel wonen? En ja, voor sommige middenstanders kan dit ondanks een sterke verbetering van leefomgeving van centra vervelend zijn.
Het is natuurlijk een enorme cultuuromslag om een binnenstad niet meer te zien als winkelgebied met horeca en relatief veel grijs en infrastructuur voor auto’s, maar als gemengd stedelijk gebied met een hoogwaardige openbare ruimte waar veel meer wordt gewoond en gewerkt. Het gaat te langzaam, vooral bij degenen die het moeten uitvoeren. Er is tekort aan ambtelijke capaciteit, maar ook bij bouwers en ontwikkelaars. En 100 miljoen van Economische Zaken voor de Impulsaanpak is prachtig, maar daar moet veel meer publiek en zeker privaat geld bij.”
Als u de situatie in de Nederlandse binnensteden vergelijkt met die in bijvoorbeeld België en Duitsland, hoe staan ze er dan voor?
“Nederlandse binnensteden staan er relatief goed voor, mede door het strengere overheidsbeleid aan de stadsrand. Ons stringente ruimtelijkeordeningsbeleid in de vorige eeuw heeft gezorgd voor relatief bruisende binnensteden. Met name in Frankrijk en Engeland en zeker de VS is het een drama. Wij kijken kritischer naar het toestaan van allerlei perifere ontwikkelingen die centra kannibaliseren.
We staan er internationaal goed voor, maar daarmee ben je er dus niet. Het tempo van de transformatie moet versnellen, met name moeten we doorpakken met autoluw, vergroening en meer wonen en ook werken. Kun je nagaan hoe urgent de situatie in het buitenland is.”