Jumbo is goed op weg om zijn doelstelling van tien miljard euro omzet te behalen in zijn jubileumjaar. Vanuit foodserviceformule en dochteronderneming La Place klinken, met een omzetdaling van zestig procent, hele andere geluiden. RetailTrends maakt de balans op met Ton van Veen, topman bij het bedrijf.
Met wat voor een gevoel kijkt u naar de halfjaarcijfers?
“Het is een beeld met twee gezichten. Enerzijds de mooie omzetgroei in absolute termen. Een procentuele stijging van ruim vijf procent waardoor we uitkomen op een halfjaaromzet van 5,36 miljard euro. Ook het marktaandeel van Jumbo is daardoor verder gegroeid. Dat is zonder meer positief. Aan de andere kant wordt het fundament waarop je die omzet maakt erg gedomineerd door corona. Dat is niet hoe je het liefst omzet draait. Ik had liever gezien dat het virus eerder onder controle was. Binnen alle afdelingen is er hard gewerkt om de voedselvoorziening op peil te houden, dat is niet zonder slag of stoot gegaan.”
Omzet is niet hetzelfde als winst. Onze kostenlijnen zijn ook gestegen. Je ziet een verschuiving van bricks...
Jumbo is goed op weg om zijn doelstelling van tien miljard euro omzet te behalen in zijn jubileumjaar. Vanuit foodserviceformule en dochteronderneming La Place klinken, met een omzetdaling van zestig procent, hele andere geluiden. RetailTrends maakt de balans op met Ton van Veen, topman bij het bedrijf.
Met wat voor een gevoel kijkt u naar de halfjaarcijfers?
“Het is een beeld met twee gezichten. Enerzijds de mooie omzetgroei in absolute termen. Een procentuele stijging van ruim vijf procent waardoor we uitkomen op een halfjaaromzet van 5,36 miljard euro. Ook het marktaandeel van Jumbo is daardoor verder gegroeid. Dat is zonder meer positief. Aan de andere kant wordt het fundament waarop je die omzet maakt erg gedomineerd door corona. Dat is niet hoe je het liefst omzet draait. Ik had liever gezien dat het virus eerder onder controle was. Binnen alle afdelingen is er hard gewerkt om de voedselvoorziening op peil te houden, dat is niet zonder slag of stoot gegaan.”
Omzet is niet hetzelfde als winst. Onze kostenlijnen zijn ook gestegen. Je ziet een verschuiving van bricks naar clicks. Het online-aandeel van Jumbo zat voor de crisis op vijf procent en dat is nu gestegen naar zeven procent van de totale omzet. Dat heeft invloed op je verdienmodel. La Place is het grootste deel van dit halfjaar dicht geweest. De optelsom van al die dingen is geen reden om te klagen, maar het is niet zo dat het louter positief is.”
Jumbo investeerde afgelopen jaar onder meer in nieuwe bezorghubs en winkels. Hebben al die investeringen nog invloed op de winst die onderaan de streep overblijft?
“Een ding staat vast: de winst houdt geen gelijke tred met de omzet. Procentueel staat de winstgevendheid onder druk. Daar hoeven we ons niet direct grote zorgen om te maken, want Jumbo maakt nog steeds winst. Wellicht dat die ook nog wat verder zal stijgen, maar niet in gelijke mate met de omzet.”
Jumbo blaast dit jaar honderd kaarsjes uit. Het doel dit jaar is om een recordomzet van tien miljard euro te halen. Het eerste halfjaar bedroeg de omzet 5,36 miljard euro. Met een korte rekensom zou je zeggen dat dat haalbaar is. Wat is uw verwachting?
“Het is niet zeker dat we deze doelstelling zonder meer gaan halen. Jumbo werkt in periodes van vier weken. Het eerste halfjaar bestaat uit zeven periodes van vier weken, dus 28 weken. De tweede helft van 2021 heeft daardoor automatisch vier weken minder. Dus de omzet van het eerste halfjaar simpelweg keer twee doen kan niet.
Het tweede is dat we een enorme rugwind hebben gehad van corona in het eerste halfjaar qua totale omzet. Ik zag onlangs een voorspelling van onderzoeksbureau IRI. Zij verwachten dat de hele supermarktomzet dit jaar met 1,5 procent groeit. De markt zit nu op vijf procent. Als dat percentage eind dit jaar moet uitkomen op 1,5 procent dan kan het niet anders dan dat de marktgroei de tweede helft van het jaar negatief is. Niet geheel onlogisch met alle horeca die nu weer open is en laten we hopen dat dat zo blijft. Het zijn alleen allerlei redenen waarom je de omzet van het eerste halfjaar niet kunt doortrekken naar de tweede helft. Aan de andere kant willen we dit jaar nog wel 23 winkels openen. Of we de doelstelling gaan halen, hangt erom. Ik houd het op een close finish.”
Zou u teleurgesteld zijn als de doelstelling niet gehaald wordt?
“Het lukt Jumbo al aardig wat jaren om harder te groeien dan de markt. Daar kun je veel mee doen. Als we echter procenten marktkrimp gaan krijgen dan kan ik daar ook niet tegenop. We zijn tegen de wind in aan het fietsen wat dat betreft.”
Over nieuwe winkels gesproken: jammer dat Jumbo niet meer in Superunie zit en daardoor helemaal geen kans maakten op het overnemen van Deen. Uiteindelijk gingen de winkels naar Albert Heijn, Vomar en DekaMarkt. Heeft u daar erg van gebaald?
“Ik weet niet of het te maken heeft met het feit dat we niet meer in Superunie zitten. Albert Heijn is er ook geen onderdeel van. Ja, we vonden het jammer dat we niet in de gelegenheid zijn geweest om überhaupt onze belangstelling kenbaar te maken. Van meet af aan is het duidelijk een Noord-Hollandse oplossing geweest. Het is het goed recht van de familie Deen. Zij hoeven zich aan niemand te verantwoorden wat zij met hun bedrijf willen doen. In die zin zijn we professionele verliezers. Maar ik maak er geen geheim van dat we ook graag in de race mee hadden willen doen. In de regio Noord-Holland kunnen we onze marktpositie nog wel wat verstevigen.”
Sinds kort werkt Jumbo voor de zakelijke markt samen met Makro. Wat gaat uiteindelijk de zakelijke tak bijdragen aan de omzet?
“De zakelijke tak is nu nog klein. Alles dat klein is groeit relatief fors en laat al snel hoge groeipercentages zien. Daar gaan we stappen in maken. Daarnaast helpt het bij het minder verlieslatend maken van het onlinekanaal. Waar de B2C-tak vooral naar bezorgmomenten zoekt in de avonden en weekenden, willen bedrijven juist de bezorging op bijvoorbeeld maandagochtend. Daardoor kunnen we binnen de huidige bezorgcapaciteit een gelijkmatigere bezetting realiseren.”
Door de coronacrisis lijdt dochteronderneming La Place aanhoudend verlies. Nu gaat er voor afgelopen halfjaar een omzet van dertien miljoen euro in de boeken. Een daling van zestig procent ten opzichte van vorig jaar. Is de foodserviceformule inmiddels een hoofdpijndossier geworden?
“Geen hoofdpijndossier. Ja, het is waar dat we het laatste anderhalf jaar weinig plezier aan La Place hebben beleefd. Dat geldt niet alleen voor ons, maar voor de hele horecamarkt. We hebben besloten voor La Place geen coronasteun aan te vragen omdat het niet uitlegbaar is dat Jumbo met zijn supermarkten meer omzet draait en dan voor de restauranttak een beroep doet op overheidssteun. Ondertussen zijn alle medewerkers behouden en is La Place-personeel ingezet in de supermarkten, maar de vaste lasten lopen door terwijl er nul euro omzet tegenover staat. Dat doet pijn.
Ons geloof in het La Place-concept met verse, huisgemaakte producten en het belang daarvan is door corona alleen maar groter geworden. Nu corona hopelijk achter de rug is verwachten we met dit concept weer te kunnen groeien in binnen- en buitenland. De ambitie die Frits van Eerd (ceo, red.) heeft uitgesproken is dat er nog honderden filialen bijkomen. Dus die herhaal ik dan maar.”
Verwacht u voor de tweede helft van 2021 dat La Place weer op het oude omzetniveau terugkomt?
“De gasten komen in hoge mate terug, net als de omzet. Het niveau van voor corona is nog niet gehaald, maar de metertjes slaan de goede kant uit. Het komt van diep, maar we hopen in de tweede helft van dit jaar richting de oude omzet terug te gaan.”
Hoe kijkt u naar de tweede helft van dit jaar?
“Een goede vraag. Die zal anders zijn dan de eerste helft. De markt gaat minder hard groeien of zelfs krimpen. We gaan winkels openen en hopelijk ons honderdjarig bestaan vieren. Dat hebben we tot op heden vrij ingetogen gedaan om niet te detoneren met wat er verder in de wereld gebeurt. De tweede helft van 2021 hopen we dan ook een feestelijk tintje te kunnen geven. Ook hopen we die tien miljard euro omzet te behalen. Het is net als de Tour de France: we gaan er vol voor en op de finish weten we het.”