RetailTrends belt iedere woensdag met een expert over een opvallende actuele ontwikkeling. Deze keer: circulaire economie-expert Emmanuel Mossay over Zeeman, dat als eerste discounter tweedehandskleding inzamelt voor een nieuw leven.
Wat vindt u van deze stap van Zeeman?
“Het initiatief van Zeeman vind ik een fantastisch bericht aan alle Nederlandse retailers. Reguliere modeketens kijken namelijk te vaak naar problemen, terwijl ze een sleutelrol hebben in mogelijke klimaat neutrale oplossingen. Het doorverkopen van tweedehandskleding heeft een enorm positieve impact op het milieu. De productie van een spijkerbroek kost gemiddeld zevenduizend liter water, wat je bespaart wanneer je één broek doorverkoopt.
Zeeman heeft lang nagedacht over deze aanpak. De retailer is heel transparant over de maatschappelijke verantwoordelijkheden die je als grote keten draagt. Het merk reflecteert ook veel meer dan de meeste andere bedrijven in de sector. Deels komt...
RetailTrends belt iedere woensdag met een expert over een opvallende actuele ontwikkeling. Deze keer: circulaire economie-expert Emmanuel Mossay over Zeeman, dat als eerste discounter tweedehandskleding inzamelt voor een nieuw leven.
Wat vindt u van deze stap van Zeeman?
“Het initiatief van Zeeman vind ik een fantastisch bericht aan alle Nederlandse retailers. Reguliere modeketens kijken namelijk te vaak naar problemen, terwijl ze een sleutelrol hebben in mogelijke klimaat neutrale oplossingen. Het doorverkopen van tweedehandskleding heeft een enorm positieve impact op het milieu. De productie van een spijkerbroek kost gemiddeld zevenduizend liter water, wat je bespaart wanneer je één broek doorverkoopt.
Zeeman heeft lang nagedacht over deze aanpak. De retailer is heel transparant over de maatschappelijke verantwoordelijkheden die je als grote keten draagt. Het merk reflecteert ook veel meer dan de meeste andere bedrijven in de sector. Deels komt dat omdat het een familiebedrijf is, die over het algemeen een duidelijke lange termijnvisie hebben. De meeste andere merken hebben niet dezelfde bedrijfswaarden als Zeeman en zullen dus minder snel hun hele bedrijfsmodel veranderen.
Toch heeft ook Zeeman nog een lange reis voor de boeg. Zo is meer dan 75 procent van de katoen die voor nieuwe producten wordt gebruikt niet duurzaam, en is hun CO2-uitstoot bijvoorbeeld nog steeds te hoog.”
Wat zijn de grootste pluspunten voor retailers om ook te experimenteren met dit soort initiatieven?
“Tweedehands kleding verkopen is een heel slimme manier om andere klantsegmenten aan te trekken. Tweedehands komt in de mode. Vaak is dat onder een apart segment klanten: goed opgeleid en niet per se op zoek naar de laagste prijzen. Deze mensen zijn zich ervan bewust dat hun aankopen kracht en impact kunnen hebben. Ook andere klantdoelgroepen help je door hen nog makkelijker toegang tot tweedehands producten te bieden: van discounter-fans en liefhebbers van hergebruik, tot mensen met een laag inkomen.
Maar vergis je niet: Zeeman loopt met de inzet op tweedehandskleding veel minder inkooprisico via het buitenland. Corona heeft aangetoond dat we enorm afhankelijk zijn van producten uit Azië. Ook werd de impact van knelpunten in wereldwijde logistiek pijnlijk duidelijk: denk maar aan alle leveringsproblemen door de Ever Given in het Suezkanaal.”
Gaan we anders naar mode kijken?
“De trend van de circulaire economie zal zeker impact hebben op modehuizen en designers en andere modemakers. Ze kúnnen straks niet anders; simpelweg doordat de circulaire economie over een paar jaar het dominante economische model wordt. Hetzij door ideologische en economische keuzes, hetzij door wettelijke verplichtingen op Europees niveau. Denk aan de stijging van de kostprijs in de huidige lage lonenlanden, of aan torenhoge energiekosten voor transport en productie. Bedrijven zullen dan zien dat fastfashionproducten eenvoudig kunnen worden vervangen door duurzame alternatieven. Misschien zelfs wel van een paar seizoenen geleden.
Hoe kunnen fastfashionretailers accuraat reageren op deze kringlooprevolutie?
“Het ideaal is natuurlijk dat ze hun bedrijfsmodel volledig heroverwegen. Het is slechts een kwestie van efficiënter zijn in de verhouding: ‘klanttevredenheid versus milieu impact’.
Circulaire economie beperkt zich niet tot tweedehands kleding. Het gaat om de manier waarop je het gebruik van hulpbronnen en energie vermindert, je kleding deelt of verhuurt, of bijvoorbeeld natuurlijke vezels vervangt door gerecyclede materialen.
Verschillende retailers schakelen geleidelijk over van experimenten naar grootschalige uitrol. Decathlon en IKEA zijn hiermee bezig, maar denk ook aan retailers van huishoudelijke apparaten die producten aanbieden die gemakkelijker te repareren zijn. Kortom: ik denk dat de koplopers al heel ver gevorderd zijn met hun ‘proof of concept’, die zoals Zeeman een familiaal aandeelhouderschap hebben. Dit zijn de retailers die weten: als we ons niet eerst aanpassen worden we ingehaald.”