Kwalitaria heeft een nieuwe eigenaar. Private-equitybedrijf Antea neemt een meerderheidsbelang in de cafetariaformule. RetailTrends ging te rade bij voormalig grootaandeelhouder Antonio Stroes en algemeen directeur Joep Leemans.
Kwalitaria werd in 1989 door Koninklijke Horeca Nederland opgericht als keurmerk voor de betere cafetaria. Antonio Stroes, die 25 jaar lang een groothandel had, kocht het merk in 2003 en bouwde het uit tot een franchiseorganisatie.
Zo werden de zestien cafetaria's van Vork die hij in 1996 in handen had gekregen, omgebouwd tot Kwalitaria. Hetzelfde gold later voor merken als Hap Snap, Smulwereld, Super Snack en Cookers. Kwalitaria werd zo de grootste cafetariaformule van Nederland.
Waarom is besloten tot de verkoop?
Stroes: “Ik loop er niet mee te koop, maar het is ook geen geheim: in 2019 ben ik helaas getroffen door maagkanker en mijn vrouw in dezelfde maand door longkanker. Onze toekomst zag er ineens iets anders uit. Gelukkig is het goed afgelopen; we hebben een engeltje op onze schouders.
Maar dan realiseer je je wel: ik heb...
Kwalitaria heeft een nieuwe eigenaar. Private-equitybedrijf Antea neemt een meerderheidsbelang in de cafetariaformule. RetailTrends ging te rade bij voormalig grootaandeelhouder Antonio Stroes en algemeen directeur Joep Leemans.
Kwalitaria werd in 1989 door Koninklijke Horeca Nederland opgericht als keurmerk voor de betere cafetaria. Antonio Stroes, die 25 jaar lang een groothandel had, kocht het merk in 2003 en bouwde het uit tot een franchiseorganisatie.
Zo werden de zestien cafetaria's van Vork die hij in 1996 in handen had gekregen, omgebouwd tot Kwalitaria. Hetzelfde gold later voor merken als Hap Snap, Smulwereld, Super Snack en Cookers. Kwalitaria werd zo de grootste cafetariaformule van Nederland.
Waarom is besloten tot de verkoop?
Stroes: “Ik loop er niet mee te koop, maar het is ook geen geheim: in 2019 ben ik helaas getroffen door maagkanker en mijn vrouw in dezelfde maand door longkanker. Onze toekomst zag er ineens iets anders uit. Gelukkig is het goed afgelopen; we hebben een engeltje op onze schouders.
Maar dan realiseer je je wel: ik heb de verantwoordelijkheid voor 25 medewerkers op het kantoor en voor 134 franchisenemers en hun gezinnen. Dan moet je goed nadenken over de continuïteit van het bedrijf.
Het concept en het merk staan stevig in de markt: we willen serieus gaan doorgroeien. Maar daar is vermogen voor nodig. En anderzijds wilde ik de toekomst van het bedrijf veiligstellen. Dat is de reden dat de vier directeuren het stukje aandelen dat ze al hadden, hebben uitgebreid. Ik heb een groot deel verkocht, maar ben nog wel voor 25 procent aandeelhouder en blijf betrokken bij het bedrijf.
Een stuk risicospreiding en een stuk vers kapitaal om een heel mooie groeispirit door te maken de komende jaren.”
Maar u blijft bij de dagelijkse gang van zaken betrokken?
Stroes: “Ja, zeker. Maar minder operationeel, daar hebben we heel goede mensen voor. Maar wel strategisch en op het gebied van innovatie en coaching.”
Het is de bedoeling dat er de komende jaren vijftien vestigingen per jaar bij komen. Maar lukt het wel om voldoende franchisers te vinden? Die moeten toch zo'n 50 duizend euro inleggen.
Leemans: “Die zijn zeker te vinden. We hebben daar allerlei intelligente systemen voor en we zijn op internet druk bezig om potentiële franchisenemers te werven. En afgelopen dinsdag organiseerden we bijvoorbeeld een open dag voor franchisenemers waar twaalf mensen op af kwamen. Die reageerden op een oproep via social media.
Daarnaast hebben we al 134 ondernemers. Een steeds groter wordend aantal daarvan geeft aan dat ze willen gaan multifranchisen.”
En bestaande cafetaria die een Kwalitaria zouden kunnen worden?
Leemans: “Dat is de derde vijver waaruit we vissen. We maken deel uit van inkoopcoöperatie Victoria Trading, net zoals onder meer HMS Host, Vermaat, De Beren en De Efteling. We kopen collectief dus groot in en hebben langdurige vaste prijsafspraken. Dat is iets wat aantrekkelijk is voor bestaande ondernemers, want die krijgen iedere prijsverhoging meteen voor de kiezen. In ons geval is dat ten dele; we begrijpen uiteraard dat bepaalde kosten op dit moment doorberekend moeten worden.”
Er zijn nog voldoende witte vlekken?
Stroes: “Daar zijn er nog heel veel van. We hebben geïnvesteerd in een artificial intelligence-systeem. Aan de hand daarvan hebben we de gegevens van bestaande Kwalitaria's naast die van alle cafetaria's en bezorgservices in Nederland gelegd. Het systeem heeft uitgerekend dat er nog meer dan voldoende ruimte is voor nieuwe Kwalitaria-vestigingen met een omzetpotentieel van een half miljoen en meer.”
Jullie willen ook flink investeren in het onlinebestelplatform. Wat kan daar nog veel beter?
Stroes: “Met name professionalisering. Je ziet dat veel ondernemers, misschien wel een beetje halsoverkop, zijn aangesloten bij Thuisbezorgd. Die zeggen dan: vanaf nu bezorg ik ook. Maar er komt nog wel wat bij kijken om dat stipt op tijd te doen.
Wij hebben zo'n zeven jaar geleden, toen we begonnen met bezorgen, al geïnvesteerd in een super geavanceerd softwaresysteem à la New York Pizza en Domino's. En de consument merkt dat hij kwaliteit in huis krijgt, dat het warm is en dat het in een duurzame verpakking zit. Het gebeurt op een elektrische scooter en bezorgers hebben nette kleding aan. Dat is iets wat een zelfstandig ondernemer wat lastiger kan realiseren.”
In 2018 hadden jullie het plan om met Kwalitaria naar België te gaan. Is dat van de baan?
Stroes: “We hebben beslist dat we het te risicovol vinden om dat in eigen beheer te doen. We proberen in België een partner voor masterfranchise te vinden. Er lopen wat lijntjes, maar de juiste hebben we nog niet gevonden. Maar het is absoluut onze ambitie. We komen graag in contact met de juiste partner.”
Er is wel ruimte naast al die frietkotten?
Stroes: “We denken dat een professionaliseringsslag daar een welkome aanvulling kan zijn op hetgeen er nu gebeurt. Er zitten zeker heel mooie, keurige cafetariabedrijven en frituurzaken. Maar er zijn er ook een hoop waar de tijd heeft stilgestaan. En dat is dan voorzichtig uitgedrukt.”
De naam Kwalitaria draagt een belofte in zich. Hoe onderscheidt de formule zich van andere?
Leemans: “Iedere generatie heeft iets met cafetaria's. Mijn ouders eten graag twee boterhammen met kroketten als ze ergens gaan lunchen. Als we in de kroeg zitten, dan vinden we het lekker als de bitterballen voorbijkomen. En als ik thuiskom en zeg dat we frietjes gaan eten, dan ben ik de leukste vader van Nederland. Iedereen heeft iets met frituren en dat zal zo blijven, maar wij proberen het op een duurzamere en verantwoordere manier in de markt te zetten. Zie ons een beetje als de La Place onder de cafetaria's.”
Stroes: “We willen onze verantwoordelijkheid pakken. We werken alleen maar met Kipster-eieren en bijna alle kipproducten zijn plofkip-vrij. Verder proberen we bij de producten die we in private label hebben zo min mogelijk zout te gebruiken en als het kan wat meer groente erin. En we willen de olie van de allerbeste kwaliteit. Kleine stapjes die wij moeten zetten om het zo verantwoord mogelijk te doen.”
Leemans: “We lopen voorop. Toen wij in 2014 begonnen met bezorgen, verklaarde iedereen ons voor gek: je laat pizza en sushi bezorgen, maar friet, burgers en snacks lenen zich daar niet voor. Je kunt ons niet harder motiveren om dan door te pakken. Tegen de stroom in hebben we onze bezorgservice opgezet en die is inmiddels goed voor vijftig procent van de omzet.”
Het wetenschappelijk bureau van het CDA kwam vorige week met het plan om een minimumleeftijd in te stellen voor fastfood. De fractie van het CDA gooide het al snel in de prullenbak, maar wat dachten jullie toen jullie het hoorden?
Leemans: “Het is een beetje in navolging van de no-fry zones die ze in bepaalde gebieden willen invoeren, zodat er geen cafetaria's of fastfoodbedrijven rondom scholen mogen komen. Een heel bekrompen gedachtegang. Nog geen één procent van de totale voedselconsumptie komt vanuit cafetaria's. Hoe kunnen wij nou verantwoordelijk worden gesteld voor het feit dat er obesitas is?
Ik ging een keer op maandagochtend rond tien uur boodschappen doen. Ik liep eerst tegen een kind van twaalf aan met een halfliterblik Monster en een pak glacékoeken. Daarna kwam er iemand aan met twee frikandelbroodjes en de volgende die naar buiten liep had een zak Lay's bij zich. In de supermarkt word je iedere dag aan zestien verleidingen blootgesteld en als je bij ons een keer een lekker frietje komt eten, dan hebben wij het gedaan.
Volgens mij is bewegen ook een ding. Vroeger speelden we allemaal buiten, nu gebeurt het vooral achter de Playstation. Het is een groter en veel breder maatschappelijk probleem dan elke keer maar weer met dat beschuldigende vingertje richting de cafetaria wijzen. Wij gaan laten zien aan de wereld dat het prima is om af en toe een frietje te eten. Zodat er uiteindelijk gezegd zal worden: er mag geen cafetaria meer komen, maar een Kwalitaria is altijd welkom.”