Onze columnist Hans Verstraaten lijkt een neus te hebben voor opmerkelijke zaken binnen de retail. Hij is de beroerdste niet en deelt ze graag met ons. Elke woensdag om precies te zijn.
Ja, het is wat, die corona-tijd, maar huismerk Dunne Bleek van Jumbo mag er ook zijn als probleem. Ik had Dunne Bleek nodig vanwege een infectie aan mijn linkervoetzool (ik zal u de details besparen) en voor 45 eurocent was het een koopje. Maar thuis ontstond een probleem: ik kreeg de Dunne Bleek niet open. Ik duwde en draaide aan de rode dop maar er gebeurde niets.
Nou ben ik een beetje onhandig, een beetje veel zelfs, dus ik dacht: het zal wel aan mij liggen. En ging naar de buurman, die loodgieter is en vooral ontzettend handig. ‘Geef maar!’ zei hij. ‘Ik doe het wel even.’ Ik gaf hem de Dunne Bleek. Hij ging aan de slag. Al na korte tijd begon hij te vloeken. Er zat geen enkele beweging in de rode dop. Hij werd agressief, begon steeds vaker te vloeken. Zijn echtgenote kwam binnen en zei: ‘Laat mij het maar doen.’ ‘Dit kan toch niet!’ riep ze na een tijdje uit. Hun zoon kwam erbij. Die is zowaar nog handiger...
Onze columnist Hans Verstraaten lijkt een neus te hebben voor opmerkelijke zaken binnen de retail. Hij is de beroerdste niet en deelt ze graag met ons. Elke woensdag om precies te zijn.
Ja, het is wat, die corona-tijd, maar huismerk Dunne Bleek van Jumbo mag er ook zijn als probleem. Ik had Dunne Bleek nodig vanwege een infectie aan mijn linkervoetzool (ik zal u de details besparen) en voor 45 eurocent was het een koopje. Maar thuis ontstond een probleem: ik kreeg de Dunne Bleek niet open. Ik duwde en draaide aan de rode dop maar er gebeurde niets.
Nou ben ik een beetje onhandig, een beetje veel zelfs, dus ik dacht: het zal wel aan mij liggen. En ging naar de buurman, die loodgieter is en vooral ontzettend handig. ‘Geef maar!’ zei hij. ‘Ik doe het wel even.’ Ik gaf hem de Dunne Bleek. Hij ging aan de slag. Al na korte tijd begon hij te vloeken. Er zat geen enkele beweging in de rode dop. Hij werd agressief, begon steeds vaker te vloeken. Zijn echtgenote kwam binnen en zei: ‘Laat mij het maar doen.’ ‘Dit kan toch niet!’ riep ze na een tijdje uit. Hun zoon kwam erbij. Die is zowaar nog handiger dan zijn vader. Ook hem lukte het niet. Acht verbaasde ogen keken nu naar een rode dop.
Ik fietste terug naar Jumbo, naar de servicebalie. Een Jumbo-mevrouw zei: ‘Oh, maar dat is heel makkelijk.’ Ze kwam geen stap verder en riep een collega erbij. Die kwam ook geen stap verder. Maar had wel een oplossing: ‘U kunt er maar het best een gaatje inprikken.’
Echt wat je noemt een geniale oplossing.
Ja hoor, weet ik ook wel: er zijn 1001 belangrijker dingen dan Dunne Bleek met een dop waaraan inmiddels zeven mensen zich hadden suf gedrukt en gedraaid. Maar zoals we hier in de Betuwe zeggen: 'Sometimes it are the little things that matter most'. Terug thuis probeerde ik met een scherp mes en met veel geweld een gaatje te prikken. Maar die dop zat niet alleen muurvast maar bleek ook ondoordringbaar. Ik begon nu te hakken en een hak kwam in mijn hand terecht. Die begon te bloeden en ik had geen pleisters of verband in huis. Hevig bloedend fietste ik naar Etos. Misschien ging ik wel dood en dat zou geen fraaie dood zijn: ‘Diep bedroefd delen wij mee dat onze Hans de strijd tegen de rode dop heeft verloren. De crematie zal maandag plaatsvinden.’
Weer thuis dacht ik aan de familie Van Eerd. Wat een familie! Begonnen in 1983 met een supermarkt, inmiddels zijn het er ruim 630 en was de omzet in 2019 8.682 miljard! Dat is razend knap. Maar zo’n dop een beetje klantvriendelijk maken, dat krijgen jullie dan weer niet voor elkaar. Lijkt me een puntje voor het eerstvolgende familieoverleg.