Supermarktketen Boni baarde onlangs opzien door acht winkels van Plus en Coop over te nemen. De formule, vooral aanwezig in het midden van Nederland, gaat daarmee in één klap van 43 naar 51 winkels. Is dat niet risicovol en hoe zien de verdere groeiplannen eruit? We bespreken het met financieel directeur Frank Klören.
Na jaren van gestage groei kiest Boni met de overname van acht winkels ineens voor een grote slag. Waarom die keuze?
“Wij hebben al langer de wens om te groeien. Nu dient zich deze gelegenheid aan in voor Boni aantrekkelijke marktgebieden. Boni doet het vooral goed in provinciesteden en verstedelijkt platteland. Al deze acht winkels voldoen daar aan. Ook is Boni als merkendiscountformule in de marktgebieden van al deze acht winkels een goede toevoeging voor de consument.”
Acht winkels erbij betekent voor Boni een groei van twintig procent in het winkelbestand. Zijn er geen risico’s verbonden aan zo’n grote stap ineens?
“Of iemand nou twintig procent meer of minder doosjes aardbeien inkoopt, de handeling blijft hetzelfde. En in de...
Supermarktketen Boni baarde onlangs opzien door acht winkels van Plus en Coop over te nemen. De formule, vooral aanwezig in het midden van Nederland, gaat daarmee in één klap van 43 naar 51 winkels. Is dat niet risicovol en hoe zien de verdere groeiplannen eruit? We bespreken het met financieel directeur Frank Klören.
Na jaren van gestage groei kiest Boni met de overname van acht winkels ineens voor een grote slag. Waarom die keuze?
“Wij hebben al langer de wens om te groeien. Nu dient zich deze gelegenheid aan in voor Boni aantrekkelijke marktgebieden. Boni doet het vooral goed in provinciesteden en verstedelijkt platteland. Al deze acht winkels voldoen daar aan. Ook is Boni als merkendiscountformule in de marktgebieden van al deze acht winkels een goede toevoeging voor de consument.”
Acht winkels erbij betekent voor Boni een groei van twintig procent in het winkelbestand. Zijn er geen risico’s verbonden aan zo’n grote stap ineens?
“Of iemand nou twintig procent meer of minder doosjes aardbeien inkoopt, de handeling blijft hetzelfde. En in de financiële boekhouding worden de getallen wat groter, maar het proces verandert niet. Een risico ligt in de onbekendheid van onze naam in de nieuwe marktgebieden. Maar in het naam krijgen in onbekende markten hebben we ervaring. Vijf jaar geleden namen we drie C1000-winkels over in plaatsen waar Boni onbekend was. Daar werden we snel een gevestigde naam. De grootste spanning zit hem vooral in de aanvang, door de strakke tijdlijnen die toezichthouder ACM eist. Al die winkels tegelijkertijd ombouwen, mensen inwerken. Dat geeft druk bij onze aannemers en medewerkers. De schaarste aan materialen verhoogt dat nog. Toch ben ik optimistisch. Ik sprak onlangs een medewerker van een aannemer die al meer dan twintig jaar voor Boni werkt. ‘In al die tijd is er nog nooit een Boni geopend waar het licht niet brandde’, zei hij. Met andere woorden: het komt voor elkaar. Dat geeft vertrouwen.”
En de deal op zich? Acht winkels in één keer kopen lijkt me voor een bedrijf als Boni een flinke investering.
“Zeker, maar we zijn een financieel gezond bedrijf. Bovendien hebben we natuurlijk modellen gemaakt waarin we een en ander hebben doorgerekend. En op basis daarvan zou ik zeggen dat er nog wel een paar bij mogen.”
Wat zijn de verdere groeiplannen?
“We staan open voor verdere groei en sluiten daarbij geen gebieden op voorhand uit. Partijen die een goede winkel in de aanbieding hebben moeten vooral niet voor ons gaan denken: wij zeggen wel nee als iets niet past. Voor hoeveel winkels uiteindelijk ruimte is valt niet te zeggen. Natuurlijk heb ik wel dromen, maar die deel ik niet. Als morgen iemand belt met nog eens acht winkels in de aanbieding, is dat heel anders dan wanneer dat over twee jaar gebeurt. Maar op basis van de volumes die ons dc aankan, mag er echt nog wel wat bij. En als dat niet meer past kunnen we altijd nog een deel overhevelen naar een ander pand, dus zelfs dan is het niet gezegd dat het plafond bereikt is.”
Jullie stap is ook opvallend in het licht van de ontwikkelingen in supermarktland. Meerdere kleinere of middelgrote formules zijn de afgelopen jaren verdwenen bij fusies of overnames. Welke rol ziet u voor Boni weggelegd in de consolidatieslag?
“Dat is te beperkt gedacht: overnemen of overgenomen worden. Kijk eens naar de rol die we nu vervullen: Plus en Coop fuseren, van de ACM moet er een groepje winkels weg en wij kopen die op. Plus en Coop zijn heel gelukkig met hun huwelijk, wij met die locaties. Dat is ook een rol in het proces. De concurrentie wordt vooral lokaal gevoerd en daarbij speelt de omvang van het gehele bedrijf een ondergeschikte rol. Daarnaast maakt inkoopvereniging Superunie het mogelijk om voldoende marktmacht te hebben. Dat, plus een goede winkelformule, maakt ons zodanig succesvol dat wij vooralsnog graag zelfstandig blijven.”
Is er in die zelfstandige rol ruimte voor samenwerkingen? Enkele jaren geleden werd daarover gesproken met Nettorama, maar zonder resultaat.
“Er zijn nu geen besprekingen zoals destijds met Nettorama. Samenwerking hoeft geen fusie of overname te betekenen. Denk aan de samenwerking tussen dertien leden in Superunie. Verder vind ik de benadering om alleen samen te willen werken met andere supermarktbedrijven persoonlijk te beperkt.”
Welke mogelijkheden ziet u dan nog meer?
“Er is nu niets aan de orde, maar je moet altijd open staan voor goede suggesties en niet met oogkleppen op besturen. Kijk naar onze samenwerking met Picnic en wat Jumbo doet met Gorillas. Het zal wel altijd in dezelfde hoek zijn, van voeding en distributie. Ik zou niet weten hoe wij met een autogarage zouden moeten samenwerken.”
De samenwerking waarbij Picnic inkoopt via Boni loopt binnenkort op zijn eind. Is dat vervelend?
“Nee, vanaf het begin is het idee geweest dat Boni Picnic tijdelijk zou helpen bij de inkoop en een deel van het logistieke proces. Picnic is nu zo ver ontwikkeld dat het goed is dat ze dit zelf doen.”
Boni zelf heeft al bijna vijf jaar geen webshop meer. Zijn er nog plannen om online iets te doen?
“Doordat wij betrokken waren bij de start van Picnic zagen we heel snel dat een bedrijf dat zich honderd procent op online richt, en ook niet voortkomt uit traditionele foodretail, veel grotere slagen kan maken dan online als onderdeel van een winkelbedrijf. Daarom hebben wij onze online activiteiten gestaakt. Ik zie dat nog steeds als een uitstekend besluit.”
Veel andere supermarkten zijn inmiddels wel overstag en verkopen online. Waarom ziet Boni die noodzaak niet?
“Ik zou het graag omdraaien: ik ben heel nieuwsgierig waarom zij die noodzaak wél zien.”
Een veelgehoord antwoord is dat een webwinkel voor supermarkten weliswaar niet rendabel is, maar dat het gaat om de totale operatie die winstgevend is. De webwinkel geldt daarbij als service naar de consument.
“Daar denken wij anders over. Je kunt best eens een spiering uitgooien om een kabeljauw te vangen. Enige aanloopverliezen kunnen ook. Maar wij hebben het verschil gezien tussen zelf doen en Picnic, en dan denk je niet meer aan zelf doen.”
De Boni-klant mist de online aanwezigheid ook niet?
“Wij maken op dit moment een uitstekende marktaandeelontwikkeling door. Maar het kan dat we er over vijf of tien jaar anders naar kijken. Daar heb je het weer: je moet nooit oogkleppen op hebben.”