RetailTrends belt iedere week met een expert over een opvallende actuele ontwikkeling. Deze keer: ABN Amro-leisure-expert Stef Driessen over het verwachte vertrek van Deliveroo uit Nederland. 

Eén procent van de wereldwijde bruto transactiewaarde vertegenwoordigt Nederland voor Deliveroo en dat is niet voldoende om hier ‘een topmarktpositie te bereiken en te behouden’. Oftewel: er zijn te veel investeringen nodig om actief te blijven in de Nederlandse maaltijdbezorgmarkt, en dat met een onzeker toekomstperspectief. 

Deliveroo is volgens Foodservice Instituut Nederland (FSIN) minder aanwezig in Nederland dan zijn twee concullega’s: Thuisbezorgd.nl en Uber Eats hebben een groter aandeel in handen. Was er geen plek meer?

“Met een kleiner aandeel is het absoluut moeilijker om voldoende rendement te realiseren. Je hebt simpelweg een bepaald volume nodig om uit de kosten te komen, en dat vergt behoorlijke inspanningen. Als je kijkt naar de resultaten van de groep, zie je dat er geen sprake is van winst.

De makkelijkste manier om winst te maken, is om verlieslatende omzet te lozen. Dat zal vast een afweging zijn geweest om uit Nederland te vertrekken.  

Daarnaast is de bezorgmarkt een markt van netwerkeffecten. Zowel consumenten als restaurants willen op hetzelfde platform zitten. Consumenten gaan naar de plek met het meeste aanbod, restaurants gaan naar de plek met de meeste consumenten. Daardoor worden de groten alleen maar groter en is het voor nieuwkomers moeilijker zich binnen te vechten.” 

Betekent de exit van Deliveroo dat andere bezorgbedrijven nu ook te vrezen hebben voor hun bestaansrecht? 

“Niet per se. Wel denken we dat mensen gaan downtraden als het consumentenvertrouwen – en met name het besteedbaar inkomen – onder druk komt te staan. Mensen zoeken dan naar goedkopere opties. De keuze zal dan waarschijnlijk eerder vallen op restaurants of ketens die een lagere prijspositie hanteren of een gunstigere prijs-kwaliteitverhouding hebben.”

Deliveroo wil vertrekken uit Nederland; Just Eat Takeaway meldt tegenvallende cijfers. Zijn Nederlanders klaar met maaltijdbezorging? 

“Nee. De groei normaliseert, maar per saldo groeit de markt van maaltijdbezorging door. In vier jaar tijd is de omvang hiervan verdubbeld en we verwachten dat de markt in 2025 goed is voor circa vijf miljard euro. Natuurlijk, als je het aantal bestellingen dit jaar vergelijkt met vorig jaar, krijg je een vertekend beeld door de lockdowns. 

Maaltijdbezorging groeit niet meer explosief. Ook de verminderde koopkracht heeft daarmee te maken. Vooral consumenten uit het middensegment krijgen last van economische tegenwind. De verkoop van goedkope gerechten blijft aanhouden en ook bij luxegerechten is nog veel te halen. Ofwel: kwaliteit en prijs blijven belangrijk voor Nederlanders.” 

Een inflatie of recessie betekent dus niet dat consumenten geen maaltijden meer laten aanrukken?

“Waarschijnlijk niet. De behoefte aan gemak is aanwezig bij alle generaties. Dat speelt zeker niet alleen onder millennials. Nederland is aan het ontkoken. In eerdere generaties was het gangbaar om in de keuken te staan wanneer mensen op bezoek kwamen. Nu is het gebruikelijk om iets te laten bezorgen. Dat zie je over de gehele linie. 

Deze markt zal dus zeker niet zomaar verdwijnen. Wel blijft er uiteindelijk maar een aantal aanbieders over. Dat werkt meestal zo: een markt wordt volwassener en het aantal aanbieders krimpt.”

Voor welke uitdaging staan bezorgbedrijven op dit moment? 

“Snelheid blijkt één van de grootste redenen voor Nederlanders om maaltijden te bestellen. Om dat te kunnen realiseren, is er voldoende personeel nodig. Laat dat nu net een probleem zijn: over de hele linie is er een tekort aan medewerkers. Dat tekort wordt groter door vergrijzing en een terugloop in het aantal tieners en twintigers. Dat zie je zowel in Amsterdam als buiten de Randstad.”