V&D en bonden opnieuw om tafel voor loonoffer

V&D en de vakbonden hebben tot woensdagmiddag de tijd om overeenstemming te bereiken over de voorgenomen salarisverlagingen. Als ze er onderling niet uit komen, doet de rechter volgende week maandag uitspraak. Dat is de uitkomst van het kort geding dat maandag diende in de rechtbank in Amsterdam.

Dinsdagmiddag gaan de partijen op het hoofdkantoor van V&D in Amsterdam weer in gesprek over de loonkorting. Het loonoffer is volgens V&D noodzakelijk om de warenhuisketen weer financieel gezond te maken. In 2014 moest de retailer een nettoverlies van 49 miljoen euro in de boeken schrijven, bleek tijdens de zitting van maandag.

Zonder de kostenbesparingen komt mogelijk al V&D in de tweede helft van dit boekjaar weer in de problemen, zei Harm Tuntelaar. Hij maakt sinds januari deel uit van de directie om de herstructurering vorm te geven. “As de banken hun werkkapitaalfaciliteit als gevolg daarvan weer terugdraaien naar negen miljoen euro, heeft V&D meteen weer een acuut probleem”, voegde advocaat Rixt de Vries van de warenhuisketen daaraan toe.

V&D komt de bonden tegemoet met een plan waarbij zijn werknemers aandelen krijgen in ruil voor hun salarisverlaging. Als de warenhuisketen weer winstgevend wordt, kunnen de medewerkers het loonoffer zo terugverdienen. Volgens commissaris en oud-ceo Jacob de Jonge is dat in 2017 het geval.

Bestuurder Martijn den Heijer van CNV is sceptisch over het plan. De vastgoedeigenaren krijgen geld als V&D failliet gaat, schetst hij. “Waarom moet het personeel genoegen nemen met een regeling die ze pas iets oplevert als V&D ooit weer winstgevend wordt?”