Het totale aantal marktkramen in Nederland is in de afgelopen tien jaar gedaald van 11.675 naar 11.340. Terwijl het aantal voedselkramen in de lift zit, lopen verkopers van overige producten in rap tempo terug, blijkt uit onderzoek van CBS.

Tien jaar geleden stonden er nog 8670 non-foodverkopers op Nederlandse markten, nu nog 7305. Het aantal foodkramen liep in diezelfde periode op van 3005 tot 4035. Amsterdam telt dit jaar voor het eerst de meeste foodkramen. Over het geheel genomen heeft de hoofdstad al langer de meeste geregistreerde marktvestigingen, gevolgd door Den Haag en Rotterdam.

De Centrale Vereniging voor de Ambulante Handel (CVAH) luidde eerder dit jaar al de noodklok over het verdwijnen van non-foodkramen van de markt. Vooral verkopers van textiel en kleding zouden het moeilijk hebben. Wekelijks zijn er in totaal zo’n duizend markten in Nederland met ongeveer elfduizend verkopers. Markthandel is goed voor zo’n twee procent van de totale detailhandelsomzet.