De provincie Noord-Holland is optimistisch gestemd over het vooruitzicht van de winkelbranche. De leegstand neemt af, het aantal banen neemt toe, het aantal winkelpanden loopt terug en het aantal plannen voor nieuwe winkels is stabiel. Dat blijkt uit de monitor Detailhandel Noord-Holland 2018.

De winkelleegstand in Noord-Holland is in een jaar tijd teruggelopen van 6,2 naar 5,8 procent, wat ruim onder het landelijk gemiddelde van 7,2 procent ligt. Het aantal banen is tegelijkertijd met 4,3 procent opgelopen naar 145.520. Daarmee is de detailhandel goed voor negen procent van de werkgelegenheid in de provincie.

Het aantal verkooppunten is sinds 2005 met ruim negen procent teruggelopen, tot ruim zestienduizend. Het aantal vierkante winkelmeters is juist iets opgelopen naar 4,3 miljoen. Verder bevindt de totale planvoorraad zich met ruim 644 duizend vierkante meter op het niveau van twee jaar geleden. Vooral in Amsterdam, Zaanstreek-Waterland en de Kop van Noord-Holland komen er meters bij.

De monitor brengt voor het eerst ook de toekomstbestendigheid van winkelgebieden in kaart, op basis van een risicoprofiel en de verwachte bevolkingsontwikkelingen. Een aantal kleine kernen en buurtcentra staat er relatief goed voor, zoals Zwaagdijk, Hoogwoud, Obdam en Edam. Hetzelfde geldt voor buurtwinkelcentra als het Amsterdamse IJburg, Seinhorst in Hilversum en Weidevenne in Purmerend.

Daartegenover staat dat enkele centrumgebieden in middelgrote centra minder goed voorbereid lijken op de toekomst, zoals in Den Helder en Heemskerk. Ook acht minder centraal gelegen Amsterdamse locaties, waaronder zoals Boven ’t Y en Amsterdamse Poort, komen als minder toekomstbestendig uit de bus.