De omzet van de Nederlandse detailhandel lag in het derde kwartaal drie procent hoger dan in diezelfde periode vorig jaar. De groei komt vooral van de supermarkten, terwijl non-foodspelers een wisselend beeld laten zien, zo blijkt uit cijfers van het CBS.

Foodretailers boekten in het derde kwartaal vier procent meer omzet dan een jaar eerder. Supermarkten groeiden met 4,7 procent en evenaarden daarmee de recordgroei van het tweede kwartaal. Voedingsspeciaalzaken leverden juist een procent omzet in.

Non-foodspelers boekten een omzetgroei van 0,9 procent. Opvallend is de terugval van meubelwinkels, die sinds het derde kwartaal van 2014 onafgebroken omzetstijgingen noteerden. Hun omzet viel in het derde kwartaal 0,9 procent lager uit dan een jaar eerder. De grootste daling was er opnieuw voor speelgoedwinkels, die veertien procent omzet inleverden. Ook elektronicazaken en schoenenwinkels verloren omzet, terwijl drogisterijen en kledingwinkels licht groeiden.

Via pure webshops werd in het derde kwartaal 10,5 procent meer verkocht dan een jaar eerder, meldt het statistiekbureau verder. Dat is de laagste groei sinds het vierde kwartaal van 2014.

Het personeelstekort in de retail loopt snel op, blijkt verder uit de cijfers. Een op de zes bedrijven in de detailhandel kampte naar eigen zeggen aan het begin van het vierde kwartaal met een tekort aan personeel. Aan het begin van het derde kwartaal was dit nog een op de elf. Supermarkten en warenhuizen ervaarden het grootste tekort. De sterkste groei van het personeelstekort deed zich voor bij de winkels in consumentenelektronica.