HEMA krijgt geen kans om zijn winkel aan de Pensmarkt in Den Bosch terug te kopen. Ook de rechtbank Oost-Brabant komt tot de conclusie dat het voorkeursrecht van koop in de huurovereenkomst niet is geschonden.

HEMA heeft in totaal vijftien procedures aangespannen tegen IEF Capital om de mogelijkheid te krijgen de winkels – die tot 2005 al in het bezit van de retailer waren – terug te kopen. Eerder trok HEMA al aan het kortste eind in Rotterdam en Den Haag. Ook de Bijenkorf verloor vergelijkbare rechtszaken tegen verhuurder IEF.

De rechtszaken draaien om de panden die werden afgestoten door toenmalige eigenaren KKR en Alpinvest, waarbij de winkelketens het voorkeursrecht van koop kregen in het geval IEF een koper voor de panden zou vinden. IEF droeg de aandelen in 2017 over aan een andere holding, maar die aandelentransactie past volgens de rechter niet onder de strekking van het voorkeursrecht. 

Omdat HEMA ongelijk heeft gekregen is de retailer veroordeeld tot de kosten van het geding. Die bedragen bij de tegenpartij ruim vijftienduizend euro. Na de rechtszaken om de winkels in Rotterdam en Den Haag moest HEMA al zo’n vijftigduizend euro aan proceskosten betalen. De andere procedures lopen in Alkmaar, Amersfoort, Amsterdam, Apeldoorn, Arnhem, Breda, Groningen, Leeuwarden, Leiden, Maastricht, Utrecht en Zwolle.