Nederlandse huishoudens gaven in coronajaar 2020 meer uit aan goederen en minder aan recreatie en cultuur. Uitgaven voor huishoudelijke apparatuur en huisinrichting stegen met zo’n 20 procent in vergelijking met 2015.

Dat blijkt uit woensdag verschenen cijfers van het CBS, waarin uitgaven van 2020 worden vergeleken met cijfers uit 2015. 
 
In 2020 besteedden huishoudens circa 75 procent van hun inkomen. Ter vergelijking: vijf jaar eerder was dit nog 88 procent. In het eerste coronajaar spendeerden consumenten 14 procent minder aan schoenen en kleding dan in 2015. Buiten recreëren en thuis leven werd echter een grotere uitgavenpost voor huishoudens. Nederlanders gaven 20,3 procent meer uit aan de stoffering van de woning en aan huishoudelijke apparaten. Ook werd 7,7 procent meer uitgegeven aan voeding thuis. 

CBS stelt vast dat bestedingspatronen drastisch veranderden door de coronacrisis. Diensten voor recreatie en cultuur maakten plaats voor bestedingen aan goederen. Met name lectuur, spelartikelen en producten voor de verzorging van huisdieren waren populair.