De financiële schade voor de toeleveranciers van V&D loopt op tot enkele miljoenen euro’s. “Men moet wachten op het geld van de geleverde koopwaar, als het ooit nog komt”, zegt een woordvoerder van brancheorganisatie Modint tegen de Volkskrant.
De organisatie is bezorgd over de toekomst van de warenhuisketen dat inmiddels bijna een week in surseance verkeert. “Als leveranciers geen orders meer kunnen verwachten van V&D, valt een aanzienlijk deel van de omzet weg.”
Toen de keten eerder dit jaar werd gered van een faillissement beëindigde een deel van leveranciers de samenwerking al. Omdat V&D met zijn 62 vestigingen een aanzienlijke afnemer is, besloten veel partijen toch te blijven te leveren.
Leveranciers met een kredietverzekering kunnen aanspraak doen op die assurantie. Niet-verzekerde leveranciers staan met lege handen. Afhankelijk van de afspraken met V&D kunnen ze hun producten al dan niet terugkrijgen. Partijen die middels shop-in-shops samenwerken met de keten profiteren van het feit dat de voorraden in eigen bezit zijn, aldus Modint. “In andere gevallen is het de vraag wie op dit moment eigenaar is van de producten: de leverancier of V&D.”
Als het tot een doorstart komt, wil het ministerie van Economische Zaken V&D de helpende hand toesteken. Het kabinet is namelijk bezorgd over de werknemers, toeleverende partijen en mkb'ers. Het ministerie beschikt naar eigen zeggen over veel ‘garantie-instrumenten’ voor een financiering van toekomstige activiteiten van de keten, zonder dat verder toe te willen lichten. Tijdens de problemen van V&D eerder dit jaar was het ministerie ook al betrokken bij de retailer, maar het wil niet zeggen op welke manier.
Reacties 0