Niet de regels zijn knellend voor vernieuwende winkel- en horecaconcepten, maar de manier waarop ze worden geïnterpreteerd en gehanteerd. Dat concludeert Platform31 halverwege de looptijd van het experiment Verlichte Regels Winkelgebieden in twaalf gemeenten, meldt Binnenlands Bestuur.
De pilot moet zorgen voor meer ondernemerschap en ruimte voor innovatieve retailconcepten, door bestaande wet- en regelgeving kritisch tegen het licht te houden. Ondernemers stellen dat gemeenten te veel hebben dichtgetimmerd, maar dat blijkt mee te vallen in de pilotgemeenten Alkmaar, Midden Drenthe, Ede, Goes, Helmond, Oss, Roosendaal, Rotterdam, Sluis, Voorburg, Zeist en Zwolle.
Veel gemeenten gingen volgens projectleider Arjan Raatgever na de start van de pilot een jaar terug aan de slag met ‘ontregelen’, onder meer in hun terrassen- en uitstallingenbeleid en de apv. Het schrappen van regels bleek echter veelal niet genoeg; ondernemers moesten gestimuleerd worden om in beweging te komen.
Ondernemers hebben volgens Platform31 binnen lokale winkel- en horecaregels meer ruimte voor vernieuwende initiatieven dan zij zelf denken. Gemeenten moeten daarbij bereid zijn om regels flexibel toe te passen. Raatgever merkt dat gemeenten best bereid zijn een oogje dicht te knijpen, als een initiatief dreigt vast te lopen op regelgeving. Zo kreeg een kaasboer toestemming om tijdelijk een wijnwinkel in een naastgelegen te openen, ondanks dat dit soort experimenten vaak niet waterdicht zijn. “Maar deze proef toont wel aan dat gemeenten behoefte hebben aan experimenteren, sterker, dat zij dat doen”, aldus de projectleider.
Platform31 komt in het najaar met een eindevaluatie van de pilot. De aanbevelingen worden onder meer neergelegd bij de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, die momenteel een proef houdt rond blurring in de winkelstraat.
Reacties 0