De ChristenUnie wil dat Nederlandse producten voorrang krijgen in de supermarkt. Kamerlid Carla Dik-Faber pleit daarvoor in het AD.

Het Kamerlid vindt het vreemd dat hoge kwaliteitsproducten worden geëxporteerd, terwijl ons geïmporteerde voedsel uit landen met veel minder duidelijke regels komt. Daarom vraagt Dik-Faber deze week minister Schouten van Landbouw om harde afspraken te maken over de promotie van producten uit eigen land. Daarvoor moet de minister om tafel met branchevereniging CBL.

Dik-Faber vindt dat supermarkten te machtig zijn. Consumenten worden volgens haar door supermarkten gestuurd. Zij denkt ook aan een etiket waar duidelijker op aangegeven staat waar het product vandaan komt. Op het etiket zou ook moeten staan wie de producent is en wat de prijs is die aan de boer is betaald. Daardoor kunnen consumenten een betere keuze maken als ze voor het schap staan. Om dat te realiseren moeten de regels in Brussel worden aangepast. 

Producten van eigen bodem hoeven volgens de regeringspartij niet meer te kosten. Onderzoek van het Voedingscentrum toont aan dat een maaltijd met regioproducten uit het seizoen zelfs vijftig cent goedkoper is. “Streekproducten hebben nu een luxe imago en zijn relatief duur”, zegt Dik-Faber. Zij pleit voor een brede introductie van regioproducten en een prominente plek in de supermarkt. Het promoten van regionale producten zou niet alleen goed zijn voor de Nederlandse boeren, maar ook beter voor het milieu.