De omzet per vierkante meter in het nieuwe Rotterdam Centraal ligt hoger dan in de Kalverstraat. Dat zegt retaildeskundige Sabien Duetz in De Telegraaf.
De omzet in het station dat donderdag officieel opent, ligt ‘ontzettend hoog’. “Dat komt doordat de klant dichtbij is. Je hebt altijd passanten”, aldus Duetz. “En mensen blijven de trein nemen, los van het feit of het regent of de zon schijnt. Het weer is nauwelijks relevant, terwijl dat in de binnensteden wel het geval is.”
Steeds meer consumenten doen snelle aankopen, waarvoor winkels op stations zich goed lenen. “Het begon met Albert Heijn To Go. Daarna volgde HEMA. Nu zitten er zelfs Sissy-Boy- en Hunkemöller-winkels op stations”, zegt Duetz.
Dat steeds meer fashionretailers zich vestigen op stations heeft volgens haar met name te maken met merkrelevantie. Een station is voor retailers een ideale plek om met nieuwe klantengroepen in aanraking te komen. “Juist in een station tref je consumenten aan die normaal niet je winkel binnenlopen. En mensen hebben natuurlijk altijd cadeautjes nodig.”
Duetz constateert een duidelijk verschil tussen stationswinkels en winkels in winkelcentra. Stationswinkels zijn met hun assortiment duidelijk gericht op gemak. “Er wordt ingezet op de kleine snelle boodschap, waarvoor je normaal gesproken even naar een winkel moest. Het simpele feit dat een consument niet naar de winkel in de binnenstad hoeft, is belangrijk.”
Hoewel de winkels op de NS-stations deels de omzet van winkels in de binnenstad kannibaliseren, bieden ze een retailer wel toegevoegde waarde, zegt sectormanager Dirk Mulder van ING. “Wat ik in een NS-station koop, koop ik niet in de stad. Per saldo zie ik het toch vooral als een aanvulling.”
Eerder: NS vergroot winkelaanbod Rotterdam Centraal
'Hoge winkelomzetten op Rotterdam Centraal'
Gepubliceerd op 13 maart 2014 om 00:00
Reacties 0