Het prijsniveau bij Primark is het gevolg van een zorgvuldig uitgekiend businessplan. Dat zegt topman Paul Lister van moederconcern Associated British Foods in het NRC Handelsblad. “Het is een misvatting dat naarmate je kleding goedkoper is, het slechter gesteld is met de arbeidsomstandigheden.”
Vandaag is het twee jaar geleden dat de textielfabriek in Rana Plaza instortte, waarbij ruim 1100 dodelijke slachtoffers vielen. Eén van de leveranciers van Primark zat in die fabriek, wat het beeld van de Ierse modeketen rond het thema duurzaamheid geen goed deed. “Je kunt Primark niet beoordelen op zijn prijzen”, geeft Lister echter aan. “Die zijn laag omdat we anders werken dan andere bedrijven, niet omdat we mensen uitbuiten.”
In 98 procent van de fabrieken waar zijn kleding vandaan komt, zijn ook andere merken vertegenwoordigd. Kleding van luxemerken komt volgens Lister uit dezelfde fabriek. “Vraag ons dus niet waarom wij zo goedkoop zijn, maar waarom die merken zo duur zijn.”
Primark bespaart volgens de Engelse 'ethiek-man' al 150 miljoen euro ten opzichte van concurrenten door niet te adverteren. Daarnaast is de keten niet trendsettend, maar wordt kleding al ver vooruit besteld. “Het is niet zo dat wat je op de catwalk ziet, een week later in onze winkels ligt.”
Daarnaast kan Primark zijn prijzen laag houden door grote hoeveelheden in te kopen. De moderetailer koopt bijvoorbeeld 350 miljoen paar sokken en tweehonderd miljoen T-shirts per jaar in. “Wij werken met lage marges en een minimale overhead”, aldus Lister.
In het aprilnummer van RetailTrends wordt uitgebreid stilgestaan bij de veranderingen twee jaar na Rana Plaza. Zo doen C&A en H&M hun verhaal en is er onderzoek gedaan naar hoe belangrijk duurzaamheid is voor de consument. Uit een analyse van uitingen op sociale en digitale media over Primark blijkt bijvoorbeeld dat van de 153 duizend resultaten waarin de keten naar voren komt, nog geen één procent verbonden is aan begrippen rond duurzaamheid.
Reacties 0