VanHaren-moeder Deichmann maakt geen lijst van fabrieken openbaar, uit vrees dat bedrijven als H&M en Zara ‘met die informatie aan de haal gaan’. “Als marktleider in Europa zou Deichmann meer verantwoordelijkheid moeten nemen”, zegt een woordvoerder van PublicEye, dat onderzoek doet naar de schoenenbranche, in het Algemeen Dagblad.
Acht op de tien schoenen worden in lagelonenlanden als China en Vietnam gemaakt. Daarbij spelen volgens PublicEye dezelfde problemen als in de kledingbranche. “Als gevolg van de fast fashion-trend moeten schoenen steeds sneller en goedkoper worden geproduceerd”, zegt de woordvoerder. Dat zet volgens haar veel druk op de prijzen en daarmee op de fabrieksarbeiders. Daarnaast is milieuvervuiling een groot probleem.
Deichmann zegt tegenwoordig met vaste leveranciers te werken, waar het eigen toezichthouders heeft rondlopen. Het schoenenconcern is daarmee volgens de Public Eye-woordvoerder ‘niet het slechtste, maar ook niet het beste jongetje van de klas’. De vanHaren-moeder zou volgens de woordvoerder meer verantwoordelijkheid moeten nemen door een lijst van productielocaties te produceren.
Minister Lilianne Ploumen sloot vorig jaar het convenant Duurzame Kleding en Textiel af, waarbij inmiddels zo’n veertig procent van de Nederlandse modemarkt zich heeft aangesloten. Als onderdeel daarvan maakten retailers als Zeeman, C&A en WE Fashion een lijst met productielocaties openbaar. Er hebben zich nog geen schoenenretailers bij het convenant aangesloten.
Reacties 0