Walmart ligt in China onder vuur vanwege de Oeigoerenkwestie. De anticorruptiewaakhond van de regerende Communistische Partij beschuldigt de Amerikaanse retailgigant en zijn keten Sam's Club van 'domheid en kortzichtigheid', meldt persbureau Reuters.

Aanleiding zijn berichten op social media van gebruikers die beweren dat Sam's Club producten uit Xinjiang uit de app heeft verwijderd. De Amerikaanse president Joe Biden ondertekende op 23 december een wet die de invoer uit die regio verbiedt vanwege bezorgdheid over dwangarbeid door Oeigoeren. Amerikaanse bedrijven mogen alleen goederen uit Xinjiang importeren als ze kunnen aantonen dat geen dwangarbeid is gebruikt. In de praktijk is dat lastig.

De Verenigde Staten beschuldigen China van genocide. China ontkent dat daar sprake van is en sprak eerder van 'economische pesterij'. Walmart en Sam's Club hebben niets over de kwestie gezegd. Volgens Reuters reageerden ze ook niet op vragen van het persbureau.

De Chinese anticorruptiewaakhond CCDI beschuldigt Sam's Club van het boycotten van producten uit Xinjiang. "Alle producten uit een regio verwijderen zonder geldige reden verbergt een bijbedoeling, onthult domheid en kortzichtigheid en zal zeker gevolgen hebben", aldus de CCDI op zijn website.

Begin deze maand deed de Duitse mensenrechtenorganisatie ECCHR in Nederland nog aangifte tegen onder meer C&A. Het bedrijf zou kleding verkopen die mede gemaakt is door Oeigoeren. C&A ontkent dat.