De online supermarkten vallen onder de supermarkt-cao, zo oordeelt de rechtbank in Utrecht. Daarmee wordt de juridische strijd in het voordeel van de vakbonden beslist.

Het Vakcentrum en de vakbonden CNV en FNV bepleiten dat de onlinesupermarkten een concurrentievoordeel hebben, door zich niet aan de supermarkt-cao te houden. De e-commercespelers zouden volgens de vakbonden bijvoorbeeld geen toeslaguren willen uitbetalen, omdat het dan te duur wordt om te bezorgen.  De bedrijven zijn volgens de vakbonden in de basis supermarkten, waarmee voor hen hetzelfde cao moet gelden als voor andere ketens. De rechter is het daar dus nu mee eens.

Vakbond CNV is blij met de overwinning in de rechtszaal. “Voor de positie van de werknemers van de online supers is dat een goede zaak”, zegt bestuurder Jacqueline Twerda van CNV Vakmensen. Vereniging E-commerce Nederland laat via voorzitter Daan Hermes aan RetailTrends weten teleurgesteld te zijn over het besluit: "Fysieke supermarkten zetten grootschalig minderjarigen in om loonkosten te drukken en hebben daarmee concurrentievoordeel ten opzichte van e-commercebedrijven. Tegen het besluit van de rechter is daarom hoger beroep ingediend, omdat cao’s niet bedoeld zijn om concurrentie te voorkomen." 

De rechtzaak werd aangespannen door branchevereniging E-commerce Nederland, onlinesupermarkten (Picnic, Flink, Getir en Gorillas) en vakbond De Unie. Zij stellen geen supermarkten te zijn, ‘omdat een groot deel van hun medewerkers zich bezighoudt met het sorteren, inpakken en bezorgen van boodschappen’. Daarmee zijn volgens hen 'de bedrijfsvoering, de dienstverlening en de onderliggende arbeidsprocessen' heel anders dan bij fysieke spelers.

In 2019 spande Picnic al een soortgelijke zaak aan, waarna de rechter uiteindelijk oordeelde dat het bedrijf in de basis geen supermarkt is. Daarmee werd toen geconcludeerd dat de cao voor supermarkten niet gold voor het bedrijf.