Duurzaamheid is nog niet doorslaggevend in de huisvestingskeuze van retailers. Dat blijkt uit een rapport van Jones Lang LaSalle over de Nederlandse winkelvastgoedmarkt. Passantenstroom en bereikbaarheid worden door retailers nog altijd als beduidend belangrijker gezien. Samenwerking tussen beheerder, retailer en eigenaar is essentieel om de voordelen van duurzaamheid te benutten.
“Bewustwording dat duurzaamheid van producten bepaald wordt door de hele keten, van inkoop en productie tot aan verkoop en gebruik, is van groot belang”, aldus Head of Research Ruben Langbroek. “Vanuit die visie en vanwege het feit dat vastgoed verantwoordelijk is voor vijftig procent van de totale CO2-uitstoot, is het niet meer dan logisch ook winkelvastgoed te verduurzamen.”
Uit het rapport blijkt dat vier componenten een essentiële rol spelen bij succesvolle verduurzaming. De retailer moet bereid zijn de eventuele hogere huisvestingslasten te compenseren met een hogere omzet of substantieel lagere energiekosten. Het gebouw moet mogelijkheden bieden voor implementatie van duurzame voorzieningen. De locatie moet passend zijn voor een duurzame winkel en minimaal een stimulerende werking hebben op het omliggende winkelgebied en de eigenaar moet bereid zijn te investeren in duurzaamheidsmaatregelen.
“Alleen op die manier is volgens ons het verduurzamingspotentieel van winkelvastgoed optimaal te benutten en levert het voor alle partijen voordelen op. Zowel wat betreft de operationele kosten, het imago van retailers, de aantrekkelijkheid van winkelpanden- en gebieden, als de waarde van het winkelvastgoed”, aldus Langbroek.
Duurzaam winkelvastgoed in kinderschoenen
Gepubliceerd op 22 juli 2011 om 00:00
Reacties 0