In de meeste grote steden is een redelijke verhouding tussen de aantrekkelijkheid van de binnenstad en de hoogte van parkeertarieven. Alleen in Utrecht, Zwolle, Leiden, Den Haag, Arnhem en Eindhoven liggen de tarieven hoger dan dat vanuit de attractiefactoren van de binnenstad verdedigbaar is. Dat concludeert WPM Research uit een analyse van de attractie en parkeertarieven van de 21 grootste gemeenten van Nederland.
Het onderzoek is gehouden naar aanleiding van klachten van organisaties als Detailhandel Nederland, Koninklijke Horeca Nederland en de ANWB. Die vinden het tijd dat parkeerexploitanten en gemeenten een âgebaar van gastvrijheid makenâ maken om de economische ambities van binnensteden waar te maken, nu die door wegblijvende bezoekers, teruglopende bestedingen en grotere winkelleegstand onder druk staan.
Parkeertarieven maken ook volgens WPM Research onderdeel uit van de attractie van de binnenstad. Er blijkt een samenhang tussen de subjectieve attractie en de hoogte van de parkeertarieven. De verhouding tussen deze en andere attractiefactoren, zoals het winkelaanbod en bezoekersaantallen, en het parkeergeld is echter veelal in balans. Zo liggen de tarieven in aantrekkelijke binnensteden hoger dan in minder aantrekkelijke steden.
Een bezoeker die veel krijgt aangeboden, is volgens WPM Research ook bereid meer te betalen. Het is echter niet waarschijnlijk dat tariefverlaging voor veel binnensteden veel effect zal hebben op het aantal bezoekers. âDe afwijkingen van de ânormâ zijn namelijk niet zodanig dat uitdrukkelijk sprake zou kunnen zijn van dissatisfiers bij bezoekmotivatieâ, aldus het bureau.
Reacties 0