Intergamma (Gamma en Karwei) wil de meest duurzame doe-het-zelfretailer in Nederland en België worden. Wat betekent dat precies en hoe wil het bouwmarktconcern daar komen? Margreeth Pape, director sustainability, praat ons bij over de nieuwe koers.

Bij duurzaamheid in de retailsector gaat het vaak over fashion. Of anders over food. Maar wat kan de doe-het-zelfbranche doen op dit gebied? Marktleider Intergamma voelt zich verplicht het voortouw te nemen en doet dat dan ook, zegt Pape. “Voordat ik hier 3 jaar geleden binnenkwam gebeurde er al van alles, maar heel veel op projectbasis, ad hoc. Denk aan initiatieven op het gebied van verpakkingen en recycling. Mijn opdracht is om echt een overkoepelende strategie voor de komende jaren te ontwikkelen in relatie tot duurzaamheid.”

Want Pape weet: met klusvideo’s die consumenten helpen hun huis te verduurzamen en een duurzaamheidsadviseur in elke bouwmarkt kom je er niet. “Duurzaamheid gaat verder dan dat.” Het eerste jaar van haar dienstverband is ze bezig geweest om dat besef goed te laten doordringen in de organisatie. Nu is het moment daar om aan de slag te gaan met de daadwerkelijke duurzame transformatie. Die is tweeledig: enerzijds gericht op de eigen organisatie – denk aan het halveren van de CO2-uitstoot in 2030 – en anderzijds om consumenten te helpen duurzame keuzes te maken.

Een logo, géén keurmerk

Dat tweede blijkt iets waar klanten zeker oren naar hebben. Intergamma deed een onderzoek onder de eigen klanten en meer dan de helft gaf aan meer informatie te willen over duurzame producten. Om aan die wens te voldoen heeft het bedrijf een nieuw logo geïntroduceerd: ‘duurzamere keuze’. Per categorie kunnen klanten zo bewust kiezen voor een duurzamer alternatief.

Nee, ‘duurzamere keuze’ is géén nieuw keurmerk, benadrukt Pape. “We hebben al een overdaad aan keurmerken een geen consument weet nog wat ze betekenen.” Het logo, dat zowel bij Gamma als Karwei aan producten wordt gekoppeld, is juist gebaseerd op de al bestaande keurmerken. In samenspraak met milieuorganisatie Milieu Centraal is bijvoorbeeld de lange lijst keurmerken voor verf onder de loep genomen. Op basis daarvan is op een deel van het verfassortiment het ‘duurzamere keuze’-logo geplakt. 

In tegenstelling tot veel andere retailers, die vooral met algemene duurzaamheidsclaims op producten komen, geeft Intergamma daarbij ook aan wát er duurzamer aan is. Want elk keurmerk is weer anders. “Het ene product heeft duurzamere grondstoffen, het andere bevat minder chemische bestanddelen”, noemt Pape als voorbeeld. “Een product zelf is per definitie nooit duurzaam, dus aan zo’n algemene claim doen we niet mee. We laten de klant liever zien waar hij precies voor kiest.”

Intergamma heeft zich geen doel gesteld voor een bepaald percentage van het assortiment dat in de toekomst een ‘duurzamere keuze’ moet zijn. De klant houdt altijd de keuze. Intergamma zal in de toekomst wel vaker de keuze voor de klant maken, verwacht Pape, maar nooit voor het volledige assortiment. “We hebben niet de ambitie om de Ekoplaza van de bouwmarkten te worden. We zijn niet een partij waar je straks alleen duurzaam kunt kopen en dus ook duurder uit bent, want we willen toegankelijk blijven voor alle consumenten, ook die met een kleinere portemonnee.”

Circulair verdienmodel

Een ander initiatief zijn de reparatiestudio’s waarmee nu wordt geëxperimenteerd bij Karwei. In 4 bouwmarkten kunnen klanten terecht om kapotte producten te laten repareren door Stichting Repair Café. “We zien dat klanten er blij van worden”, zegt Pape. “We kijken nu hoe we kunnen opschalen.” Dat is nog niet zo makkelijk. Want de klant mag er blij mee zijn, eraan verdienen is nog lastig. “Dat is de grote onzekerheid met alles rond circulariteit: er moet een toekomstig verdienmodel aan hangen. De sector is momenteel nog niet in staat de loop te sluiten.”

Intergamma geeft zichzelf tot 2028 om de meest duurzame doe-het-zelfretailer in Nederland en België te worden. Maar hoe meet je dat? Lastig, erkent Pape. “De klant staat voorop. We doen regelmatig klantonderzoek, ook in relatie tot duurzaamheid. Het moet nog verder uitgekristalliseerd worden, maar ik denk dat vooral hoe de klant ons ziet, onze status als meest duurzame retailer moet bevestigen. Daarnaast voelen we uiteraard ook zelf de verantwoordelijkheid om intern dusdanige maatregelen te nemen dat we altijd iets voorop lopen.”

Het klinkt verre van ideaal om de klant te laten bepalen wie de duurzaamste is, maar heel veel alternatieven zijn er niet, stelt Pape vast. “Het lastige is dat wij niet weten wat concurrenten doen. We kunnen allerlei doelen formuleren, maar om vast te stellen of we de duurzaamste zijn zouden we daar inzicht in moeten hebben en dat kan niet vanwege de mededingingsregels. Het enige vergelijkingsmateriaal dat we hebben is de zichtbaarheid en klantervaring in de winkels.”

Niet-financiële waarde

Om uiteindelijk de doelstelling te behalen om de meest duurzame doe-het-zelfretailer te worden moet het hele bedrijfsmodel eigenlijk op de schop. “We zijn een commercieel bedrijf, maar duurzaamheid is een niet-financiële waarde”, legt Pape uit. “Uiteindelijk moet de niet-financiële waarde van het bedrijf net zo belangrijk worden als de financiële waarde. Dat betekent ook dat iedereen die bij Intergamma werkt een rol moet krijgen die niet alleen is gebaseerd op financiële drijfveren, maar ook op niet-financiële.”

Nu is het vaak nog de afdeling duurzaamheid die de verantwoordelijkheid voor dit thema neemt, uiteindelijk moeten alle afdelingen zelf verantwoordelijkheid op dit punt gaan dragen, voorziet Pape. “Als je dat voor elkaar krijgt, ben je als bedrijf echt in staat verschil te maken.”