Ruim de helft van de Nederlanders rekent bij hun aankopen de prijzen van euro’s nog steeds om naar guldens. Opmerkelijk is dat zij dat niet alleen doen bij duurdere spullen vanaf pakweg duizend euro, maar ook bij de kleine dagelijkse boodschappen zoals een tube tandpasta. Dit blijkt uit maandag gepubliceerd onderzoek van Q&A Research, onderzoeksbureau voor de detailhandel.
Volgens Frank Quix, onderzoeker van Q&A en docent retailmarketing aan de Universiteit van Amsterdam, blijkt hieruit tevens dat na de invoering de euro volgens de consument 41 procent in waarde is gedaald. Dat is per jaar een gevoelsinflatie (de inflatie die consumenten ervaren) van gemiddeld 6,8 procent. “Het werkelijke inflatiecijfer ligt veel lager, en komt dit jaar rond de 3,2 procent uit. De afgelopen jaren was dat nog iets lager”, vertelt Quix.
Bijna tachtig procent van de Nederlanders ervaart de prijzen in de supermarkt als het meest gestegen. Met een flinke afstand van de supermarkt ervaren consumenten verder vooral prijsstijgingen bij schoenen en wonen. “Webwinkels krijgen het voordeel van de twijfel. Slechts achttien procent van de Nederlanders heeft het gevoel dat hier de prijzen zijn gestegen”, aldus Quix..
De euro werd op 1 januari 2002 ingevoerd. Vooral mensen boven de 35 zijn blijven omrekenen, maar van de jongeren tussen de 15 en 24 jaar is toch ook nog steeds zo’n 24 procent bezig. De grootste groep omrekenaars bevindt zich in de leeftijdsgroep 45 tot 54 jaar.
Helft rekent om naar gulden
Gepubliceerd op 7 oktober 2008 om 00:00
Reacties 0