Pinlinq wil beweging op markt pinbetalingen

Het nieuwe bedrijf Pinlinq wil ondernemers pin-betaalsystemen efficiënter aanbieden. In de huidige situatie zijn er vaak vier of vijf partijen mee gemoeid als een ondernemer een pin-betaalsysteem wil installeren. Een ondernemer moet niet alleen een contract aangaan met Interpay, de organisatie die het elektronisch betalingsverkeer regelt, maar ook met de leverancier van de betaalautomaat, het telecombedrijf dat het netwerk regelt, en ook vaak met een onderhoudsbedrijf. Deze complexiteit is onnodig, zo vindt Ewoud Mogendorff, mede-oprichter van Pinlinq en voormalig directeur Wholesale van KPNQWest. “Door het proces te vereenvoudigen is een hoop tijd en geld te besparen.” Onderzoek van het Hoofdbedrijfsschap Detailhandel (HBD) in 2002 wees uit dat een gemiddelde pintransactie 30 eurocent kost. Pinlinq richt zich op 21 eurocent per transactie. Mogendorff: “De kosten die grootwinkelbedrijven betalen, zijn vaak lager dan 0,30 doordat zij volumekorting krijgen. Wij willen ons met name richten op het midden- en kleinbedrijf.” Mogendorff denkt met name te kunnen besparen op pinapparatuur en datacommunicatie, die volgens het HBD goed zijn voor een derde van de transactiekosten. Omdat er geen grote verschillen zijn met de huidige apparatuur moet het introduceren van het systeem soepel verlopen. De betaalautomaten zijn afkomstig uit China, de software wordt geleverd door het Haarlemse Chess, en er zijn afspraken met Tiscali en Enertel over het dataverkeer. Pinlinq hoopt in september te beginnen met het aanbieden van elektronische betaaldiensten. De acquisitiekosten zullen waarschijnlijk hoog zijn omdat de doelgroep voornamelijk uit kleine bedrijven bestaat, en het bereiken van de klanten wordt nog een uitdaging. Pinlinq wil een campagne beginnen met advertenties, brieven en telemarketing en hoopt ook op succesvolle mond-tot-mondreclame.