‘Fietsbranche moet zich richten op specifieke doelgroep’

De sombere economische tijden hebben ook zijn weerslag op de fietsbranche. In 2011 werden er 3,6 procent minder nieuwe fietsen gekocht. Toch zijn er verschillende nieuwe fietsproducenten bij gekomen. Een specifieke doelgroep uitkiezen, lijkt de sleutel tot succes.

Het fietsbedrijf Roetz knapt zogenaamde ‘weesfietsen’ op, fietsen die achtergelaten zijn door hun eigenaar. “Wij kopen bij de gemeentewerf frames die de fietsenmaker niet meer wil hebben”, vertelt Mark Groot Wassink, medeoprichter van Roetz. “Er is niets mis met frames van twintig tot vijftig jaar oud. Ze zijn kwalitatief zelfs beter dan die nu uit China komen”, meent Groot Wassink. De fietsverbouwer wist in een paar maanden tijd 31 verkooppunten aan zich te binden.

Ook de medeoprichter van bakfietsenmerk Babboe doet goede zaken met zijn nieuwe fietsenmerk Beick. Beick is een uniseks fiets, waarbij alleen met accessoires een mannelijk of vrouwelijk tintje gegeven kan worden. Klanten stellen hun fiets zelf samen op de website, die binnen twee weken geleverd wordt. Klantcontact en service zijn belangrijk. “Wil de klant een blauwe band? Dan komt die er. Bij ons bepaalt de consument”, aldus Epco Vlugt, eigenaar van het merk.

De vouwfiets met cardanaandrijving van Beixo is ook een succesverhaal. Het model wordt vooral verkocht aan caravan- en camperbezitters. Binnenkort wordt de forensenversie van het populairste vouwfietsmodel gelanceerd. Ad Tummers, medeoprichter van Beixo, begon de verkoop op internet, maar stapte om meer service te kunnen bieden, over naar een fysieke fietsenwinkel. “Ik zou wel sneller willen groeien, maar de financiering is een probleem”, aldus Tummers. Een samenwerking met andere kleine partijen als Beick en Roetz om de buitenlandse fietsbranche te veroveren, zou wellicht uitkomst bieden.

Eerder: Postcodeloterij verpest lokale economie