Het aantal gemeenten dat te maken krijgt met structurele winkelleegstand is het afgelopen jaar met maar liefst 26 procent toegenomen. Begin 2011 was in 109 gemeenten de leegstand groter dan de ‘normale’ frictieleegstand en werd een krimp van de bevolking voorspeld. In 2012 is het aantal gemeenten met deze toekomstverwachting toegenomen tot 136. Dat blijkt uit cijfers van ruimtelijk-economisch adviesbureau DTNP.
Volgens deze ‘Leegstandsbarometer’ is het aantal gemeenten waar sprake is van een gunstige toekomstverwachting (minder leegstand dan de ‘normale’ frictieleegstand en een verwachte bevolkingsgroei) is met een kwart afgenomen tot 36 gemeenten.
De toename van de leegstand is te wijten aan stagnerende bestedingen, ondernemers die met pensioen gaan en de forse opmars van webwinkels. Toch zeggen de cijfers over de huidige leegstand en verwachte bevolkingsontwikkeling niet alles over de huidige winkelmarkt. Zowel bij krimp als bij groei wordt de vestigingslocatie van winkels steeds belangrijker. Buurtstrips, verouderde woonboulevards en aanloopstraten zijn kwetsbaar.
In grotere dagelijkse boodschappencentra en onderscheidende recreatieve centra zouden wel kansen liggen. Volgens DTNP rest gemeenten de taak om kansarme winkellocaties te transformeren tot een succesvolle winkellocatie.
'Structurele winkelleegstand in 136 gemeenten'
Gepubliceerd op 22 maart 2012 om 00:00
Reacties 0