Nederlandse supermarkten lopen achter met hun aanbod van streekproducten. Supermarkten kopen hun groente en fruit nog altijd liever op in bulkpartijen via inkooporganisaties op de veiling dan bij de tuinder om de hoek. Hierdoor kampen de Nederlandse groente- en fruittelers met lage marges. Maar de vraag van consumenten naar lokale producten biedt telers hoop, concludeert Het Financieele Dagblad.
Denemarken koopt van eigen tuinders voordat Nederland ernaartoe mag exporteren en Franse supermarkten bieden meer regionale producten aan, gedwongen door de populariteit van streekmarkten en mildere prijsconcurrentie. Nederlandse supers flirten slechts met lokale producten, maar passen hun inkoopsysteem er niet op aan.
Regionale inkoop past moeilijk in het inkoopsysteem van supermarkten meent Maarten Ebben, directeur winkeloperatie bij Coop. “Schaalgrote is nodig om als keten te opereren”, zegt hij. Supermarktketens die werken met franchisenemers geven nog wel inkoopvrijheid, maar een grote keten als AH regelt alles via een strak centraal inkoopbeleid. Centrale inkoop levert voordelen op voor kwaliteitscontrole en vooral de prijs. Supermarkten moeten voor regionale inkoop bereid zijn geld in te leveren, of consumenten moeten meer betalen voor de producten. Er is wel steeds meer vraag naar lokale producten door consumenten, maar zij zijn ook gewend aan de voedselprijzen die in Nederland, mede door heftige concurrentie tussen supermarkten, tot de laagste van Europa behoren.
Toch willen consumenten steeds vaker weten waar hun eten nu precies vandaan komt. Voedselveiligheid, herkomst en smaak worden steeds belangrijker voor de Nederlandse consument. Open dagen op het land van veeboeren of tuinbouwers worden druk bezocht, evenals markten met streekproducten.
Lokaal product nog weinig in supermarktschap
Gepubliceerd op 26 juli 2012 om 00:00
Reacties 0