‘AH-leveranciers niet kansloos’

De eenzijdige kortingsactie van Albert Heijn is mogelijk niet rechtsgeldig. Vooral het contractenrecht biedt voor leveranciers houvast. Dat zeggen advocates Petra de Best en Marije Osse in het Financieele Dagblad.

Leveranciers zoeken hulp bij de NMa omdat Albert Heijn te veel inkoopmacht zou hebben. Maar volgens de advocates kan de NMa daar alleen tegen optreden wanneer er sprake is van zowel een economische machtspositie als misbruik daarvan. Eenzijdige prijswijzigingen kunnen misbruik zijn, maar dit is pas relevant als er aantoonbaar sprake is van een machtspositie.

Bij een marktaandeel van vijftig procent of meer heeft een onderneming een machtspositie. Maar volgens de NMa heeft Ahold slechts een aandeel van dertig tot veertig procent voor alle productgroepen gezamenlijk. Bovendien zijn er grote(re) concurrenten, zoals Bijeen en Superunie. Daardoor staat zeker niet vast dat Albert Heijn een machtspositie heeft en kan het daar ook geen misbruik van maken.

Het contractrecht biedt volgens De Best en Osse meer houvast. Eenzijdige wijzigingen mogen namelijk enkel als het contract daartoe mogelijkheden biedt. Beide contractspartijen zijn daarnaast altijd gebonden aan de eisen van redelijkheid en billijkheid. De beredenering dat meer volume meer korting meebrengt is op zich niet onredelijk, maar de eenzijdige wijziging en de zeer korte termijn zijn wel onredelijk volgens de advocates.