Franchisenemers van Bakker Bart bereiden een claim voor van 25 miljoen euro tegen moederbedrijf Bart’s Retail. De groep bestaat uit negentig ondernemers, ongeveer de helft van het totale aantal Bakker Bart-franchisers. De winkeliers willen onder meer dat de hoge huurkosten worden gecompenseerd. Dit werd in 2008 afgesproken, maar is sindsdien niet gebeurd.
De helft van de Bakker Bart-vestigingen heeft een huurdruk die hoger is dan de afgesproken acht tot dertien procent van de omzet. Maar er zijn meer zaken mis bij de broodformule. Dat blijkt volgens De Financiële Telegraaf uit een rapport van AG Hart Adviseurs uit Rotterdam, dat door de ondernemers in de arm is genomen. Er is vooral kritiek op de hoge prijs van het deeg dat wordt doorberekend aan de winkeliers. De eigen deegfabriek brengt meer in rekening bij de Bakker Bart-ondernemers dan aan derden.
Tevens wordt niet naar de consumenten gecommuniceerd dat het brood bij Bakker Bart ambachtelijk wordt geproduceerd. Dit proces vindt plaats in de winkel, maar uit het zicht van de klant. 'Het product van Bakker Bart is niet goedkoop en dient concurrerend in de markt te staan', aldus het rapport.
Het is helemaal 'onrustbarend' dat in de loop van de middag vaak geen brood meer in de schappen ligt, constateren de onderzoekers. In de middag stoppen met het bakproces past niet bij een moderne winkel, stelt het rapport. 'Bij afbakken is nee-verkoop niet nodig. Nee-verkoop zorgt niet alleen voor gemiste omzet, maar heeft ook een schadelijk effect voor volgende momenten.'
Uit het rapport blijkt bovendien dat er een flink verlies wordt geleden op de verkoop van vlaaien. Die zijn in het assortiment opgenomen, nadat drie jaar geleden het Edese bedrijf Supervlaai werd overgenomen. De verkoop van vlaaien blijkt echter niet te lopen. Andere problemen zijn volgens de onderzoekers de gestegen kosten van vervoer, terwijl er minder vracht was. Bovendien zou het hoofdkantoor moet worden afgeslankt.
Reacties 0