Het verkleinen van de afstand voor inwoners om hun dagelijkse boodschappen te doen, is een van de hoofddoelen in het Amsterdamse detailhandelsbeleid de komende jaren. Daarnaast moeten er meer aantrekkelijke winkelgebieden komen en moet grootschalige detailhandel worden teruggedrongen.

Amsterdam heeft in zijn nieuwe detailhandelsbeleid, dat loopt tot 2022, twee hoofddoelen geformuleerd. De eerste is dat inwoners dagelijkse boodschappen in de buurt moeten kunnen doen, op maximaal 750 meter loopafstand. Verder moeten consumenten de keuze hebben uit verschillende aantrekkelijke winkelgebieden verspreid over de stad. Voor nieuwe winkels in de huidige sterke winkelgebieden of in gebieden waar genoeg woningen worden bijgebouwd, ziet de gemeente slechts beperkte ruimte. 

Amsterdam doet het naar eigen zeggen goed als winkelstad, met relatief weinig leegstand. Wel staat de diversiteit in het winkelaanbod onder druk. Verder is op 'specifieke plekken' sprake van leegstand. Daarom vermindert de stad het aantal grootschalige detailhandelsvestigingslocaties, gelet op de ‘afnemende behoefte aan winkelmeters op dergelijke locaties’, zo staat in het beleidsplan. ‘Het consumentengedrag is ingrijpend veranderd en kan op termijn tot leegstand leiden’.

Eerder werd al duidelijk dat Amsterdam een stop op toeristenwinkels wil zetten om de diversiteit te bevorderen. Daarover spanden de kaaswinkels van Amsterdam Cheese Company een rechtszaak aan.