Bedmodespecialist Van Dyck heeft zich onvoldoende ingespannen om eventuele misstanden bij leveranciers in kaart te brengen. Dat concludeert de onafhankelijke klachten- en geschillencommissie van het Convenant Duurzame Kleding en Textiel.

Het convenant bestaat sinds 2016 en is een samenwerking tussen de rijksoverheid, maatschappelijke organisaties, vakbonden, brancheorganisaties en kledingbedrijven. Het doel is om in textiel producerende landen kinderarbeid uit te bannen, de veiligheid en gelijkheid van werknemers te verbeteren en milieuverontreiniging en dierenleed te voorkomen. Er zijn inmiddels ruim negentig merken bij aangesloten.

VanDyck, een 96 jaar oud familiebedrijf, heeft een productielocatielijst aangeleverd en kwam ook met een lijst met grondstoffen en materialen. Maar het convenant gaat verder: bedrijven moeten ook onderzoek doen naar werkomstandigheden en met een plan van aanpak komen als er onregelmatigheden worden vastgesteld. Dat laatste heeft VanDyck niet gedaan en daarvoor wordt het bedrijf op de vingers getikt.

De onderneming was het niet eens met het in haar ogen activistische karakter van het convenant. VanDyck zei geen politiek te willen bedrijven, omdat dit ook zakelijke gevolgen kan hebben. Daarom heeft het bedrijf niet meer voldaan aan alle voorwaarden van het convenant en liet het weten uit het convenant te stappen. Na overleg met mede-ondertekenaars en medewerkers van het convenant heeft VanDyck alsnog besloten te blijven. De onderneming zegt te snel conclusies te hebben getrokken.

Manderley Fashion uit Ootmarsum trekt zich wel terug. De onderneming staat achter de afspraken in het convenant, maar zegt te klein te zijn geworden om die te kunnen nakomen.