Jan Linders had een 60-jarige medewerker niet op staande voet mogen ontslaan, oordeelt de rechtbank in Roermond. De werknemer, die al 39 jaar bij de supermarktketen werkte, liet zijn zoon buitenlandse flessen afvoeren bij Jan Linders. 

Bij de supermarkt kunnen klanten flessen inleveren van dranken die niet door Jan Linders zelf worden verkocht. Er was echter geen systeem ingevoerd om die flessen in te leveren. De medewerker, die de rol van supervisor bekleedde, had daar een oplossing voor bedacht. Twee medewerkers van de winkel reden tijdens werktijd met een zelfgehuurd busje naar een distributiecentrum Duitsland dat die de flessen wel wilde innemen. 

Die twee medewerkers zijn in 2018 overgeplaatst naar een andere afdeling. Vervolgens heeft de supervisor een nieuw systeem ingevoerd, waarbij vaste werknemers in eigen tijd de emballage naar Duitsland brachten en het statiegeld mochten houden. 

Ook die medewerker stopte met het inleveren van de flessen. De zoon van de supervisor, niet in dienst bij Jan Linders, bood aan de emballage in te leveren, tegen dezelfde condities als de laatste medewerker die dit deed. 

Diefstal
Toen in februari dit jaar een collega van de supervisor de zoon de lege flessen zag ophalen, meldde hij dat aan zijn leidinggevende. De supervisor werd op staande voet ontslagen en beschuldigd van vervreemding van eigendommen - diefstal - en daarvoor hanteert Jan Linders een zerotolerancebeleid. 

De rechter ziet de beslissing van de supervisor echter niet als diefstal, maar als een managementbeslissing met de beste bedoelingen. Als supervisor zou de werknemer bevoegd zijn dergelijke beslissingen te nemen.

De rechter oordeelt dat de man een slordige 330 duizend euro aan loonderving ontvangt en 117 duizend euro netto aan vergoeding voor pensioenschade. Ook ontvangt hij een transitievergoeding van 58 duizend euro.