Behalve veel Nederlanders hebben ook Zimbabwanen te maken met flink koopkrachtverlies. Alleen in een andere schaal van grootte. De inflatie in het Afrikaanse land steeg in februari naar een recordhoogte van 782 procent. Ter illustratie: een fles bakolie van 750 milliliter kostte er, vlak voor de onafhankelijkheid in 1980, 35 Zimbabwaanse dollarcent. Nu is een consument voor zo’n zelfde fles 500.000 Zimbabwaanse dollar kwijt.
De armoedegrens is op dit moment 28 miljoen dollar, zo heeft de Consumer Council van het land bepaald. Maar bijna niemand in het land komt aan dat maandinkomen. Goed opgeleide leraren, soldaten, politiefunctionarissen, zusters en dokters verdienen maar 7 tot 12 miljoen dollar per maand.
Hierdoor ontstaat een levendige zwarte handel. Door bijvoorbeeld het in Zimbabwe schaarse autobrandstof te verkopen, of geld te wisselen, hopen veel mensen hun schamele inkomen een beetje aan te vullen. Het ministerie van onderwijs wordt overspoeld met meldingen van leraren die snoep, sigaretten en andere artikelen verkopen, terwijl ze eigenlijk les aan het geven zouden moeten zijn.
Zimbabwe: $500.000 voor een fles bakolie
Gepubliceerd op 6 april 2006 om 00:00
Reacties 0