Franchisenemers geven hun franchisegevers in enquêtes gemiddeld een voldoende tot ruim voldoende. Als er al ontevredenheid is, komt dat niet voor uit structureel machtsmisbruik. Dat schrijven docenten en onderzoekers Maryse Brand en Evelien Croonen van de Rijksuniversiteit Groningen.
Hoewel machtsmisbruik door franchisegevers niet systematisch is onderzocht, denken Brand en Croonen op basis van eigen inzichten niet dat daar structureel sprake van is. Ontevredenheid onder franchisenemers komt volgens hen soms door hevige lokale concurrentie of een slechtere economie. Ook komt het voor dat de franchisegever niet in staat is de formule te vernieuwen of te ver van de werkvloer afstaat om de situatie van franchisenemers goed in te schatten. Daarnaast ligt het soms aan de franchisenemers zelf, stellen zij. “Sommigen hebben niet de motivatie om actief te blijven investeren in de eigen zaak en in de formule, of verwachten dat de franchisegever alle problemen oplost.”
Brand en Croonen pleiten voor meer nuance in politieke discussies. Algemene maatregelen zoals de franchisecode werken volgens hen onnodig bureaucratiserend en leiden tot verharding ‘waarbij de nuance nogal eens zoek raakt’.
De onderzoekers hameren ook op nuance in de discussies binnen franchiseformules. De twee partijen moeten elkaar beweegreden volgens hen begrijpen om elkaar weer te kunnen vertrouwen. Daarvoor zien Brand en Croonen een leidende rol weggelegd voor de franchisegever, door bijvoorbeeld een franchiseraad met heldere procedures in te stellen die ingezet kan worden bij discussies over een herpositionering of e-commerce.
Reacties 0