Retail kent succesverhalen en mislukkingen, iedere dag weer. RetailTrends licht iedere vrijdag een winnaar en een verliezer uit, gebaseerd op het nieuws van de afgelopen week. Deze keer: de mega-investering van Picnic en de 'uit de kleren'-misser van Albert Heijn.

Winnaar: Picnic
250 miljoen euro binnenharken, de logistiek verduurzamen én duizend nieuwe banen creëren? Dan mag je je gerust een winnaar noemen. Zelfs al lijd je onderaan de streep nog verlies. Picnic maakte zijn nieuwste mega-investering woensdag bekend tijdens een last-minute aangekondigde, geheimzinnige persbijeenkomst. ABN Amro en de vier bestaande aandeelhouders van de app-only super stellen het geld beschikbaar. Het doel: een volledig gerobotiseerd distributiecentrum uit de grond stampen, waar shuttles het zware werk van mensen overnemen. “Dat gesjouw, dat soms best wel zwaar kan zijn, is straks ten einde”, zegt Nieuwenhuys. Het nieuwe dc helpt ook tegen voedselverspilling. Door het automatiseren van het fulfilmentcentrum is de kans bijvoorbeeld kleiner dat een pot pindakaas kapot valt en bovendien heeft Picnic beter zicht op zijn voorraad. Het plan is om ook de hoeveelheid verpakkingen te reduceren. “Nu komen er leveranciers bij ons die een dag van tevoren alle producten samen hebben verpakt”, legt medeoprichter Michiel Muller uit. “Wij zijn de volgende dag bezig met de producten ontdoen van al die verpakkingen, omdat we met singles werken.” Daarom wil Picnic met de leveranciers om tafel om ervoor te zorgen dat de producten los, in kratjes bij Picnic bezorgd worden, om zo nog efficiënter te werken, maar ook de hoeveelheid verpakkingsmateriaal te reduceren.

Verliezer: Albert Heijn
Bizar. Een ander woord heeft de Autoriteit Persoonsgegevens er niet voor. En dat lijkt volkomen terecht. Albert Heijn vroeg medewerkers van een filiaal in Nijmegen om een foto van zichzelf in ondergoed of strakke sportkleding te uploaden, zodat een algoritme nauwkeurig de maat voor de nieuwe bedrijfskleding kon bepalen. Hoewel de supermarktketen stelt dat deelname aan deze pilot vrijwillig was, meldt NRC op basis van een e-mail aan de werknemers dat het gebruik van de applicatie ‘essentieel en verplicht’ is. “Mijn moeder dacht dat het een grap was”, vertelt een medewerker van de vestiging aan de krant. “Maar de manager vertelde ons dat we niet meer in de winkel kunnen staan als we het niet doen, omdat we dan niet de juiste bedrijfskleding hebben.” Albert Heijn gooit het wat betreft de indruk van het verplichte karakter op een 'communicatiefout' en blaast de proef na de ontstane commotie direct af. Maar dat de grootste supermarktketen van het land niet vooraf inziet dat een dergelijk project – zeker in deze gevoelige tijd – alleen maar tot ellende kan leiden, getuigt van een verbijsterende naïviteit.