Het Nederlandse L'Atelier Tailoring maakt kleding op maat. Zo kun je er terecht voor een tweedelig pak, maar verkoopt het merk ook shirts, losse jasjes en broeken. Oprichter Pascal Ummels schaart L'Atelier in het hogere segment kleding. "Als je uit eten gaat, kun je ergens kipsaté eten of je kunt luxe dineren bij een sterrenrestaurant. Wij zijn dat sterrenrestaurant."
Waarom Ummels de vergelijking met een restaurant maakt, wordt al snel duidelijk. Hij studeerde ooit aan de hotelschool, waarvoor hij een halfjaar stage liep in Londen. Wandelend over de Savile Row, de straat die ook wel bekend staat als the golden mile of tailoring, kwam hij voor het eerst in aanraking met het kleermakersambacht. Het is de plek waar zijn voorliefde ontstond. “Maatkleding is tijdloos. Je kunt het altijd dragen, het is multi-inzetbaar en je kunt er veel kanten mee op. Ik vind het fijn dat ik er mijn creativiteit in kwijt kan en het ook uitdaging biedt.”
Doelgericht stroomde Ummels door van de hotelschool naar het Amsterdam Fashion Institute (AMFI), waar hij het maken van kleding combineerde met...
Het Nederlandse L'Atelier Tailoring maakt kleding op maat. Zo kun je er terecht voor een tweedelig pak, maar verkoopt het merk ook shirts, losse jasjes en broeken. Oprichter Pascal Ummels schaart L'Atelier in het hogere segment kleding. "Als je uit eten gaat, kun je ergens kipsaté eten of je kunt luxe dineren bij een sterrenrestaurant. Wij zijn dat sterrenrestaurant."
Waarom Ummels de vergelijking met een restaurant maakt, wordt al snel duidelijk. Hij studeerde ooit aan de hotelschool, waarvoor hij een halfjaar stage liep in Londen. Wandelend over de Savile Row, de straat die ook wel bekend staat als the golden mile of tailoring, kwam hij voor het eerst in aanraking met het kleermakersambacht. Het is de plek waar zijn voorliefde ontstond. “Maatkleding is tijdloos. Je kunt het altijd dragen, het is multi-inzetbaar en je kunt er veel kanten mee op. Ik vind het fijn dat ik er mijn creativiteit in kwijt kan en het ook uitdaging biedt.”
Doelgericht stroomde Ummels door van de hotelschool naar het Amsterdam Fashion Institute (AMFI), waar hij het maken van kleding combineerde met ondernemerschap. Hij legde een basis voor wat hij het liefst wilde doen: een eigen business in maatkleding. Vanuit de schoolbanken richtte hij vier jaar geleden L’Atelier Tailoring op. En met succes, stelt Ummels. Dit jaar gingen er zo'n negenhonderd pakken over de toonbank, is Matthijs van Nieuwkerk in de kleding van het merk gesignaleerd en inmiddels is er ook een lijn voor vrouwen. Zes vragen aan de man achter dit bedrijf.
Je vergelijkt L'Atlier met een sterrenrestaurant. Waarom heeft het merk volgens jou dat ‘sterrenniveau’?
“Het begint met het verhaal achter het merk dat je naar buiten kunt uitdragen. Ik werk nauw samen met de ateliers in Marokko en Engeland, waar de kleding wordt gemaakt, zodat ik precies weet wat daar gebeurt en dit van A tot Z kan delen met de klant. Zo wordt hij zich bewuster van de keuze die hij gaat maken. Daarnaast bieden we service en nemen we echt de tijd voor iemand. Het draait om personalisering. We luisteren goed naar wat de klant wil en wie hij is. Zo adviseren we een Hollandse boer uit Brabant niet snel om een pak met een extravagante print te kopen. Die kan hij maar één of twee keer per jaar dragen."
"Wat L'Atelier verder onderscheidt, is dat we niet verkopen via een webshop. Je moet naar een van onze winkels komen, anders kunnen we geen advies geven. Ik noem onze winkels een soort huiskamer 2.0. Het is een omgeving waar je binnenstapt en zegt: hier zou ik wel kunnen wonen. Ik geloof in de kracht van stenen winkels. En dan heb ik het niet over een Kalverstraat met overconsumptie en vol fast fashion, maar dan bedoel ik vooral kleine ondernemers die met passie en specialisme hun ambacht uitvoeren."
Momenteel heeft L'Atelier winkels in Amsterdam en Den Bosch. Hoe zit het met verdere vestigingsplannen in Nederland?
“Er zijn nog geen concrete plannen, maar in Nederland richten we onze pijlen nog op filialen in Rotterdam en Den Haag. Na die twee steden is het denk ik in Nederland redelijk gedaan. De kracht zit hem niet altijd in het hebben van zoveel mogelijk winkels in een land, zeker niet in ons geval. Maatwerk is uniek en persoonlijk, dus als je een grote keten wordt, gaat dat tegen je werken. Ik heb liever vier winkels die goed bezocht worden, dan achttien vestigingen waar dat niet het geval is.”
Je vertelde net dat met vier winkels de Nederlandse markt verzadigd is. Hoe zit het met buitenlandse plannen?
“De afgelopen jaren lag mijn focus vooral op het perfectioneren van het product en de operationele zaken in de winkels. Nu dat staat, kan ik me langzaamaan focussen op het bouwen aan het merk in combinatie met groei. Ik denk dat L’Atelier schaalbaar is voor zo’n 25 winkels de komende acht jaar, verspreid over Nederland, België, Duitsland, Scandinavië, Italië en Engeland. L’Atelier speelt nu in de Jupiler League, maar wil graag naar de Champions League. Om daar te komen, moet je het juiste team samenstellen. Er zit geen druk achter, maar ik zoek nu naar het juiste team die mij het juiste advies kan geven wat betreft de uitbreiding naar Europa. Uiteindelijk wil ik daar graag de grootste worden. Dat is al redelijk snel het geval, omdat er in mijn ogen nog geen maatkledingmerk bestaat dat meerdere vestigingen heeft. De meeste bestaande ‘maatwerkjongens’ hebben maximaal twee winkels in één land. Dus met 25 winkels verspreid over verschillende landen ben je al snel heel groot.”
L'Atelier speelt nu in de Jupiler League, maar wil naar de Champions League
Met de slogan We’re not your fathers tailor richt L’Atelier zich op een jongere doelgroep. Lukt het om die doelgroep te bereiken?
“Als je kijkt naar leeftijd bereiken wij nu vooral mannen vanaf een jaar of 28 tot een jaar of vijftig. Maar wij richten ons niet zozeer op een specifieke leeftijdscategorie, maar meer op een bepaald soort mindset. Als ik bijvoorbeeld aan de pakken denk die mijn vader en opa droegen, dan was het allemaal nogal lang en vierkant. Niet echt sexy in mijn ogen. We willen het beeld dat mensen vaak hebben van maatwerk minder stoffig maken. Dat gaat al wat makkelijker, omdat je ziet dat er steeds meer behoefte is aan ambacht en dat speciaalzaken zoals een barbier in de lift zitten. Daarnaast wil ik met L'Atelier laten zien dat maatwerk betaalbaar kan zijn. Bij ons heb je al een tweedelig pak voor vijfhonderd euro. Een prijs die redelijk te overzien is."
Een bekende Nederlandse concurrent voor L'Atelier Tailoring is waarschijnlijk Suitsupply. Zie jij dat ook zo?
"Aan de ene kant zie ik het merk als concurrent, maar aan de andere kant vind ik het ook supertof wat zij doen. Suitsupply heeft het dragen van een pak verjongd en voor een groter publiek toegankelijk gemaakt. Daarnaast gebruiken ze mooie stoffen, zetten ook zij in op stenen winkels en doen ze het gewoon waanzinnig goed. Ik kan daar veel van leren."
L'Atelier verdubbelt volgens jou elk jaar de omzet en is daarbij winstgevend. Waardoor komt dat?
"Onder meer doordat ik niet hoef te investeren in collecties en geen magazijn met voorraden heb. Ik bestel pas iets op het moment dat de klant een bestelling doet en heb daardoor ook geen derving en uitverkoop. Dat geeft zekerheid in je verdienste en is daarbij ook nog eens duurzaam."