Kostuums met pit, zo omschrijft Pascal Ummels de creaties voor zijn clientèle. Want een goed pak mag dan maatwerk zijn, het moet allesbehalve voelen als een uniform.

Bepaald klassiek ziet Pascal Ummels er niet uit. T-shirt, jeans, sneakers. Volle baard. Tatoeage van een tijger op zijn onderarm, tatoeage van een leeuw op zijn onderbeen. Achterin zijn zaak staat op de muur geschreven: We are not your father’s tailor.

Zeker, L’Atelier Tailoring maakt met veel precisie maatkleding van hoogwaardige stoffen. Maar anders dan de klassieke maatpakkenmaker. Ummels: “Wij zijn wat jonger, wij hebben wat meer pit. Net als onze klanten. En we doen het een beetje met een knipoog. Je hoeft een maatpak niet doodserieus te nemen.”  
 

Ummels kwam via een omweg terecht in deze highend kledingsector. Hij studeerde aan de middelbare hotelschool en liep stage in Londen. Londen: dé stad van klassieke, hippe, excentrieke, exotische en noem maar op mode. Waar het allemaal iets eerder gebeurt dan in de rest van de wereld. Ummels zag ’t allemaal en vond het geweldig.

Identiteit in kleding
Na zijn afstuderen besloot hij dan ook een studie te doen aan de AMFI, de Amsterdam Fashion Institute. Hij wilde per se de mode in, al had hij nog geen idee in wat voor functie. “Toen kwam ik in contact met een producent van maatwerk. Hé, dat leek me wel wat. Zo’n onderneming wilde ik – maatwerk! Hoe kom je erachter of je een succesvol ondernemer bent? Simpel: door het te doen. Ik had niets te verliezen. Ik ontwierp jasjes en broeken voor vrienden en kennissen. Ook toen al: maatwerk, maar wel casual. Bij ons is een maatpak allesbehalve een uniform.”

'Je hoeft een maatpak niet doodserieus te nemen'
 

Vijf jaar geleden betrok hij een etage aan de Amsterdamse Singel, nabij het Centraal Station. De etage heeft een lengte van twintig meter. In het begin was dat erg groot, maar ook handig: hij verhuurde de achterkant aan freelancers en die betaalden de erg hoge huurprijs. “Vanaf dat moment zat ik er gratis. Mijn streven: zeker in het begin de vaste lasten zo laag mogelijk houden. Na twee jaar nam ik de eerste medewerker aan. We zijn nu met zes mensen.” Zijn investering in zijn bedrijf: 25 duizend euro.

Maatwerk vergt veel tijd en geduld. Er zijn klanten die precies weten wat ze willen, er zijn klanten die juist om advies verlegen zitten. Wat voor fit? Wat voor stof? Wat voor kleur? Motief of effen?

Ummels: “Je moet de klant in een relatief korte tijd heel goed leren kennen. En ook: waar is het voor? Voor werk? Voor vrije tijd? Voor een bijzondere gelegenheid? Een ruitje, weet je het wel zeker?” Er wordt zorgvuldig gemeten. Dan worden de stoffen besteld, doorgaans bij vaste adressen in Italië. Kleermakers in een atelier in Tanger, Marokko maken de eerste versie van het maatpak. Ze zijn gespecialiseerd in dit ingewikkelde werk en honderd procent betrouwbaar.

Dan komt de klant na drie tot zes weken terug voor een tweede fit. En vaak komt er dan nog een kleermaker aan te pas die de laatste puntjes op de i zet.

Duizend-en-een retailers schreeuwen dat persoonlijke service helemaal bovenaan staat. Wat vaak niet helemaal zo is (of helemaal niet). Bij maatpakken is dat wel zo – het is zelfs de raison d’être van de branche.

Hoe zou Ummels zijn doelgroep omschrijven? “Het zijn voornamelijk heren die geïnteresseerd zijn in ambacht en een eigen identiteit willen vertalen naar kleding: kleding van hoogstaande kwaliteit, niet te klassiek maar ook weer niet te hip. En heren die duurzaamheid op prijs stellen. Bij ons gaat tijdens het productieproces níets verloren.”
 

Wat flink helpt om er een bloeiende business van te maken: tot zijn clientèle behoren onder meer Eric Corton, Arie Boomsma en Matthijs van Nieuwkerk. Van Nieuwkerk werd de laatste vier seizoenen van DWDD door L’Atelier Tailoring gekleed. En nee, bekende Nederlanders krijgen niets gratis.

De marketing verloopt via Instagram, Pinterest en LinkedIn, maar voornamelijk via mond-tot-mondreclame. Een vriend, een kennis of een collega van een klant heeft gehoord: dáár moet je zijn!

Vorig jaar mei opende Ummels een tweede zaak, in het door kleine straatjes met vele luxe winkels en winkeltjes gedomineerde centrum van Den Bosch. “We kregen steeds meer aanvragen uit heel Nederland, zeker ook uit het zuiden en België. Met die zaak in Den Bosch dekken we het zuiden van Nederland en België.”

Derde winkel
In Amsterdam is de concurrentie wat betreft maatkledingwinkels en -winkeltjes best groot. Ummels schat dat er zo’n vijftien winkels en winkeltjes zijn die ongeveer hetzelfde doen als L’Atelier Tailoring. Let op: ongeveer. “Er zijn er die net zo zorgvuldig te werk gaan als wij. Er zijn er ook die je hoe dan ook een pak willen aansmeren.”

Fokke de Jongs SuitSupply, met een vestiging in Amsterdam-Zuid, ziet hij niet echt als Matthijs van Nieuwkerk werd de laatste vier seizoenen van DWDD gekleed door L'Atelier Tailoring een concurrent. Je stapt de winkel binnen, past een of twee pakken, een kleermaker maakt indien nodig de broekspijpen of de armpijpen korter waar je bij staat, en klaar. “Dat is dan geen maatpak maar een confectiepak. Maar hé, let wel: ik heb héél veel respect voor het ondernemerschap van Fokke de Jong.”

'Matthijs van Nieuwkerk werd de laatste vier seizoenen van DWDD gekleed door L'Atelier Tailoring'
 

De Jong opereert vandaag de dag wereldwijd en verplaatst zich in een privéjet. Zo ver is Pascal Ummels nog lang niet. Hij had vorig jaar de ambitie om in 2020 zes winkels te openen, maar tussen droom en daad kwam het coronavirus. “Daarvoor was er een wachttijd van twee, drie maanden. In de coronatijd werd dat wat minder. Je bent in deze sector héél afhankelijk van mensen die naar je winkel komen. Een geluk bij een ongeluk: wij hebben nul voorraden. Wij hebben pas wat hangen als iemand heeft besteld en een aanbetaling heeft gedaan. We draaien op een iets lager pitje - met de nadruk op iéts.”

Zijn droom is vanwege de omstandigheden wat bescheidener. ”Ik denk nu aan een derde zaak, ergens in het noorden, bijvoorbeeld in Zwolle. Maar Utrecht is ook een optie.”