Verduurzaming van winkels komt in Nederland nauwelijks van de grond. Energielabels ontbreken en het energieverbruik is te hoog om de doelen van het klimaatakkoord te bereiken (in 2030 bijna vijftig procent minder CO2-uitstoot dan in 1990).

Dat blijkt uit een rapport van vastgoedadviseur Colliers. De onderzoekers spraken met negentien vastgoedinvesteerders die ruim vijftien procent van het winkeloppervlak vertegenwoordigen.

"Bijna zeventig procent van alle winkelruimte heeft geen energielabel, terwijl de eigenaar zijn winkel niet zonder dit certificaat mag verhuren of verkopen", zegt duurzaamheidsexpert Jeroen Bloemers van Colliers. "Het gaat om meer dan 27 miljoen vierkante meter aan ongelabelde winkelruimte verspreid over het land, ongeveer vierduizend voetbalvelden."

Zaanstad en Utrecht
Van de 25 grootste gemeenten zijn Zaanstad en Utrecht het groenst. Daar heeft een derde van het winkeloppervlak een A-label. Het Zaanse stadshart is de afgelopen twintig jaar vernieuwd. Utrecht profiteert onder meer van de herontwikkeling van Hoog Catharijne. In Haarlem en Maastricht heeft slechts vijftien procent het hoogste energielabel. "Deze steden hebben veel monumenten, waarvoor geen labelverplichting geldt", aldus Bloemers.

Particuliere eigenaren zijn het minst bezig met verduurzaming en hebben nauwelijks vergaande plannen. Ook winkeliers ervaren geen druk om hun winkel te vergroenen. De consument heeft vooral oog voor de duurzaamheid van het product en niet in welke winkel waar ze het aanschaffen, zegt Colliers.

Ruim een derde van de winkeleigenaren is inmiddels wel in gesprek mer de huurder over een gezamenlijke duurzaamheidsaanpak.