Macro-economisch gezien was het afgelopen jaar een cocktail waarin verschillende ingrediënten samen een potentiële gifbeker vormen. Om er een paar te noemen: te weinig grondstoffen, krapte op de arbeidsmarkt, stijgende energiekosten, hoge inflatie en toenemende onzekerheid onder consumenten over hun financiële situatie.
Gisteren keken we op RetailTrends.nl terug op die laatste twee ingrediënten, vandaag is aandacht voor eerstgenoemde factoren.
Een jaar geleden waren we nog in de ban van de coronapandemie en zaten we in een harde lockdown. Inmiddels mag het dagelijks leven dan weer zijn gewone gang hebben, de impact van het virus op de economie is nog lang niet uitgewerkt. Vraag en aanbod zijn op veel markten uit balans geraakt doordat de vraag óf abrupt stokte óf explodeerde en er nauwelijks voorraden aangelegd zijn.
Oorzaken te weinig grondstoffen
Het coronavirus leidde tot wereldwijde schaarste aan vrijwel alles wat nodig is om...
Macro-economisch gezien was het afgelopen jaar een cocktail waarin verschillende ingrediënten samen een potentiële gifbeker vormen. Om er een paar te noemen: te weinig grondstoffen, krapte op de arbeidsmarkt, stijgende energiekosten, hoge inflatie en toenemende onzekerheid onder consumenten over hun financiële situatie.
Gisteren keken we op RetailTrends.nl terug op die laatste twee ingrediënten, vandaag is aandacht voor eerstgenoemde factoren.
Een jaar geleden waren we nog in de ban van de coronapandemie en zaten we in een harde lockdown. Inmiddels mag het dagelijks leven dan weer zijn gewone gang hebben, de impact van het virus op de economie is nog lang niet uitgewerkt. Vraag en aanbod zijn op veel markten uit balans geraakt doordat de vraag óf abrupt stokte óf explodeerde en er nauwelijks voorraden aangelegd zijn.
Oorzaken te weinig grondstoffen
Het coronavirus leidde tot wereldwijde schaarste aan vrijwel alles wat nodig is om producten te maken en om die bij de consument te krijgen: grondstoffen, energie, personeel, productiecapaciteit, containers en logistieke capaciteit. De markt veranderde daarmee van vraaggedreven naar aanbodgedreven, zegt Olaf Zwijnenburg, sectormanager retail en groothandel Rabobank.
Veel partijen in de keten waren gewend aan een vrijwel onbeperkte beschikbaarheid van productie- en logistieke capaciteit. “Producenten en logistiek dienstverleners waren gevoelig voor grote volumes. Daarmee konden ze hun capaciteit op basis van minimumbestelhoeveelheden ook in het laagseizoen efficiënt vullen. Retailers en merkeigenaren die serieuze volumes konden bieden, kregen hiervoor lagere prijzen terug.”
Door de pandemie veranderde het evenwicht. Zwijnenburg: “Schaarse capaciteit werd ineens verkocht aan de hoogste bieder. In plaats van het vullen van de fabrieken met een beperkt aantal klanten met grote volumes bleek het lonend om de beperkte capaciteit te verdelen over meerdere klanten met kleinere volumes, die bereid waren om hogere prijzen te betalen.”
De pre-corona situatie komt niet meer terug, verwacht Zwijnenburg. “Retailers moeten zich instellen op kortere of langere perioden van schaarste aan productiecapaciteit en dus mogelijke tekorten aan handelsvoorraden.”
Personeelstekort
De krapte op de arbeidsmarkt is eveneens een gegeven waarmee retailers moeten blijven dealen. De vergrijzing neemt immers toe terwijl de populatie werkenden afneemt. Dat het personeelstekort al langer een pijnpunt voor retailers is blijkt wel uit deze terugblik op 2021.
Arbeidsmarktdeskundige Freek Kalkhoven noemde toen meerdere oorzaken voor de problemen in dat specifieke jaar. Enerzijds gingen alle niet-essentiële winkels tegelijk op slot en tegelijk weer open. Personeel was in de tussenliggende periode vertrokken naar een andere sector en ineens massaal weer nodig. Anderzijds is retail bij uitstek een sector die naast een aantal vaste medewerkers voor een groot deel leunt op flexibele krachten.
Tekst gaat verder onder de foto
Dat de situatie niet verbeterd is, bleek afgelopen maart wel. Die maand meldde het CBS 451 duizend vacatures. Nooit eerder telde ons land zoveel openstaande posities. De handel en zakelijke dienstverlening waren koploper, met respectievelijk negentigduizend en 74 duizend vacatures.
Zowel in distributiecentra als in winkels is de druk groot door het personeelstekort. Kleinere filialen van winkelketens sluiten volgens Raad Nederlandse Detailhandel geregeld voor een dag de deuren om het personeel bijvoorbeeld in te zetten in de grotere winkels. Daarnaast draaien veel deeltijders meer uren om de gaten in het rooster te dichten.
Ook schrapte de Amsterdamse Bijenkorf afgelopen zomer de helft van zijn koopavonden, sloot een Zara-winkel in Hoofddorp de paskamers en verdubbelde Suitsupply de aandraagbonus voor medewerkers die nieuw talent binnenbrengen. Daarnaast doet onder meer Aldi Nord zijn supermarkten eerder dicht, terwijl Rivièra Maison zijn Arnhemse locatie zelfs wekenlang volledig op slot had.
Retailers die tot deze noodgrepen gedwongen worden, voelen de gevolgen in hun omzet. Ruim een derde van de klanten (36 procent) gaat ergens anders naartoe als een winkel gesloten is. Bij jongeren is dat 44 procent, onderzocht Q&A Insights & Consultancy. Kanttekening: 45 procent van de ondervraagden komt terug op een moment dat de winkel wel open is en koopt zeventien procent online bij de winkel, als die mogelijkheid er is.
Hoge energietarieven
Naast schaarste op het gebied van grondstoffen en menselijk kapitaal kregen we te maken met minder gasaanvoer, met hogere energieprijzen tot gevolg.
Het kabinet kondigt in het najaar zogenoemde energiesteun aan. Retailers met maximaal 250 medewerkers in dienst kunnen een tegemoetkoming krijgen. Ze moeten daarvoor minstens zeven procent van hun totale omzet kwijt zijn aan energiekosten. Daarnaast moet het jaarlijkse verbruik hoger zijn dan vijfduizend kuub gas, of vijftigduizend kilowattuur elektriciteit. Als gas duurder wordt dan 1,19 per kuub of elektriciteit duurder wordt dan 0,35 per kilowattuur, dan betaalt de overheid de helft van de kostenstijging. De maximumvergoeding is 160 duizend euro.
Winkelketens nemen ook zelf maatregelen, door bijvoorbeeld de verwarming lager te zetten en hun verlichting na sluitingstijd uit te doen. Brancheorganisatie INretail roept daarnaast op om de deuren gesloten te houden om de stookkosten te beperken. Deur dicht, energierekening omlaag, zo luidt de boodschap.
Tekst gaat verder onder de foto
Dat plan wordt niet door iedereen enthousiast ontvangen. Op RetailTrends.nl plaatsen veel lezers kritische kanttekeningen. De maatregel zou minder bezoekers trekken en de omzet doen kelderen, stelt men.
“Als je naar het complete plaatje kijkt, kun je concluderen dat er geen hard bewijs is voor omzetdalingen of tegenvallende bezoekersaantallen”, stelt neuromarketingexpert Chantal van den Berg echter.
Zo liet H&M in 2018 al onderzoek doen naar hun closed door policy. Dat had geen negatief effect op de verkoop, waarna de modeketen het beleid invoerde om energie te besparen.
“Ik denk dat het vooral loont om diezelfde balans op te maken. Misschien is er sprake van een lichte daling in de omzet wanneer die deur een barrière is voor je klant, maar als je bespaart op je kosten, hoe kom je dan uit onder de streep?”
Somberheid over 2023
Alles in aanmerking genomen kan het niet anders of de detailhandel staat wederom een moeilijke periode te wachten. Het grootste deel van de retailondernemers boekt de komende jaren een negatief bedrijfsresultaat, voorspelt onderzoeksbureau Panteia.
Ook ING is somber. De omzetgroei in de Nederlandse detailhandel valt in 2023 terug naar zo'n 2,5 procent, voorziet ING Research. Dat is fors lager dan de verwachte 7,5 procent dit jaar. De hoge kosten voor energie, inkoop, transport en personeel gaan daarnaast drukken op de winstgevendheid.
Een lichtpuntje is volgens ABN AMRO-sectoreconoom Gerarda Westerhuis dat de grondstofprijzen licht zijn gedaald, het tekort aan materialen afneemt en er minder sprake is van verstoringen in de toeleveringsketen.
"Op termijn kan dit leiden tot een afname in de stijging van inkooprijzen en lagere internationale transportkosten.” Maar: “Het zal nog enige tijd kosten voordat retailers, die aan het eind van de keten zitten, dit merken.”