Hoe je als retailer meelift op c2c-business
Gepubliceerd op 16 februari 2024 om 12:30
RetailTrends belt iedere week met een expert over een opvallende actuele ontwikkeling. Deze keer: Olaf Zwijnenburg over de wereld van c2c.
Nederlandse consumenten verkopen vaker spullen aan medeconsumenten dan andere Europeanen. Dat blijkt uit het meest recente E-shopper Barometer-onderzoek van DPD. Het blijkt dat 77 procent van de Nederlanders wel eens iets koopt of verkoopt via een c2c-platform als Vinted of Marktplaats. Daarmee steekt ons land Frankrijk, Engeland en Duitsland bijvoorbeeld naar de kroon. Waarom is de c2c-business hier zo populair? En hoe kunnen (Nederlandse) retailers hier een graantje van meepikken? Olaf Zwijnenburg, sectormanager retail en groothandel bij Rabobank, vertelt hierover.
Wat maakt Nederland de voorloper bij het c2c-concept?
“Nederland loopt al heel lang voorop in de adoptie en acceptatie van alles rondom e-commerce en onlinewinkelen. Dat is vanaf eind jaren 90 van de vorige eeuw ontstaan vanuit de snelle uitrol van een geavanceerde digitale infrastructuur die een hoog internetgebruik aanjoeg in een dichtbevolkt landje. Dat de logistiek in Nederland vanuit de postbezorging al op een hoog basisniveau lag hielp daar ook bij.
Dat fundament, in combinatie met de Nederlandse open economie, onze innovatieve mindset en handelsgeest, ‘openminded’ bevolking en een gunstig zakelijk klimaat laat Nederland voorop lopen bij de nieuwe ontwikkelingen rondom internationale handel en e-commerce.”
Welke speler pionierde op dit vlak?
“Marktplaats.nl werd al in 1997 gelanceerd. Het was een van de eerste online platforms waar mensen tweedehands goederen konden kopen en verkopen. Marktplaats.nl begon met het aanbieden van gratis advertenties en dat trok toen al heel veel bezoekers. Eind 1997 werd Marktplaats.nl verkocht aan Het Goed, de landelijke keten van kringloopwinkels, voor een paar ton. In 2004 kocht het Amerikaanse internetveilinghuis eBay de site voor ruim 200 miljoen euro. Ook hiermee liep Nederland in vergelijking met concurrenten in andere landen dus voorop.
De vroege oprichting en het succes van Marktplaats.nl hebben zonder twijfel veel bijgedragen aan de sterke positie van Nederland in de adaptatie van e-commerce in het algemeen en c2c verkopen in het bijzonder.”
Prijs is een belangrijke factor bij c2c, zo laat het onderzoek zien. Werkt dit concept daardoor goed voor ons land?
“C2c-platforms bieden een kans om geld te besparen, wat extra te verdienen en een beetje onderhandelen. Dat vinden we als zuinig volkje altijd leuk. En ook hier weer een belangrijke reden om voor online te kiezen: gemak! C2c-platforms maken het heel simpel om spullen te vinden en te verkopen en die onderling af te rekenen. Met een paar klikken kun je vanuit een breed aanbod allerlei, vaak ook unieke of alleen moeilijk vindbare, items aanbieden of verkopen.
Daarnaast speelt aandacht voor duurzaamheid een rol. Nederlanders zijn zich steeds meer bewust van duurzaamheid. Door tweedehands spullen te kopen en verkopen, dragen ze bij aan een circulaire economie en verminderen ze verspilling.”
Hebben retailers last van het fenomeen dat consumenten aan elkaar verkopen?
“Ja, uiteraard. Maar de uitdagingen zijn veel breder. Vrijwel alle grenzen vervagen steeds verder door branchevervaging, internationalisering, technologische ontwikkelingen en de versmelting van online en offline. En dat maakt het concurrentieveld van retailers heel erg breed. De (internationale) concurrentie is sterk en neemt, zowel off- als online, toe door zowel bestaande als nieuwe spelers. Niet alleen van retailers onderling maar ook van producenten, merken, groothandels, andere categorieën zoals horeca, leisure en diensten en binnenlandse en buitenlandse platforms die direct naar de klant gaan (d2c). Daar komt nu dus ook nog consumer-2-consumer bij.”
Wat maakt c2c specifiek tot concurrent?
“Retailers hebben daar last van omdat de lijntjes tussen winst en verlies dun zijn in een verdringingsmarkt. Elke verschuiving van omzet kan dan pijn doen. Een kleine omzetimpact kan grote invloed hebben op je model. Je winstgevende businessmodel kan dan permanent onder druk komen en omslaan in structureel verlies.
Hoe meer tweedehands er verkocht wordt, hoe minder nieuwe spullen mensen aanschaffen, en dat is goed voor de aarde maar lastig als het je vak is om nieuwe spullen te verkopen. En als je als retailer tussen de onderlinge klanten gaat zitten wordt het c2c-model duurder voor de eindklant omdat je als retailer marge moet maken om je kosten te kunnen betalen.
Zijn er voorbeelden van Nederlandse retailers die hier goed op inspelen?
“Vanuit de Nederlandse markt bekeken moet ik nu natuurlijk Bol noemen. Daar was ik, als verantwoordelijke voor alle e-business en new business van Free Record Shop Holding eind jaren 90 van de vorige eeuw, volop mee aan het strijden in de markt voor ‘entertainment’ (cd’s, dvd’s en games). Bol begon al in 1999 met een van de eerste online platforms waar individuen hun tweedehands boeken konden verkopen via een c2c-model.
Een recenter voorbeeld is kringloopwinkelketen Het Goed, winnaar van de ‘Retail Sustainability Award’. Zij staan bekend om de inspanningen op het gebied van hergebruik, recycling en sociale impact. Die keten speelt met zijn 31 winkels dus in op de groeiende bewustwording rond duurzaamheid en lokale betrokkenheid.”
Welke ontwikkelingen voorziet u voor c2c-verkopen?
“Ik verwacht dat deze trend nog behoorlijk fors door zal zetten. Zeker in markten als kleding, meubels en elektronica. Dat is goed nieuws voor de planeet want dat zijn op dit moment ook de branches waar veel grondstoffen worden verstookt. Kleding, vooral fastfashion, is door de lage prijs en kwaliteit in de ogen van veel mensen een wegwerpproduct geworden. Hetzelfde geldt voor woonaccessoires, fastfurniture en consumentenelektronica. Hoe meer consumenten zich bewust worden van het belang van duurzaamheid hoe meer ze willen bijdragen aan een circulaire economie en het verminderen van verspilling. Tweedehands items kopen en verkopen is daar een manier voor.
Ook onderzoeksbureau McKinsey voorspelt dat de onlinemarkt voor tweedehandsgoederen tot 2025 jaarlijks met 35 procent zal stijgen. Vooral tweedehandskleding en familieproducten (zoals speelgoed) zijn populair in Nederland, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk. Volgens de Cross-Border Sustainable Marketplaces Europe-studie groeit de markt voor tweedehandsmode in Europa momenteel 11 keer sneller dan de traditionele detailhandel. De resalemarkt is tegen 2030 2 keer zo groot als de fastfashionmarkt. Wereldwijd verdubbelt de verkoop van tweedehandskleding de komende 5 jaar tot ongeveer 54 miljard euro, volgens marktonderzoeker GlobalData.
Kortom, de tweedehands markt blijft groeien.”
Welke adviezen heeft u voor retailers die iets willen met het c2c-kanaal?
“Het is een lastige markt, maar het is misschien voor de retailers goed als de overheid c2c gaat aanjagen in het kader van een duurzame planeet. Als de overheid bedrijven stimuleert die overconsumptie willen tegengaan, dan wordt het makkelijker om ook op drukke centrumlocaties te zitten met tweedehands producten. Als je het centraliseert in het beleid en er zelfs ruimte voor maakt, kunnen retailers makkelijker op deze markt inspringen. Dan ontstaat er meer vraag naar tweedehandsproducten in een omgeving waar mensen normaal alleen maar aandacht hebben voor nieuwe spullen.”