2024 een moeilijke tijd voor de fietsenretail? Niet als het aan BikeFlip ligt: de voormalig RetailRookie of the Year groeit hard, met een grote verhuizing in het vooruitzicht en concrete plannen om meer winkels te openen. Al loopt medeoprichter Paul Remie niet te hard van stapel. “Je wilt niet te hard groeien. Iets wat we wel zagen bij onze branchegenoten.” 


'Kinderen groeien, fietsen niet.' Was getekend, Casparis Beyer en Paul Remie, de oprichters van BikeFlip. Wat ook groeit: de organisatie. “In Maarssen liepen we letterlijk tegen de muren op”, vertelt Remie. Tijd dus om de biezen te pakken naar een nieuwe, grotere locatie. Die vond de startup in Utrecht, vlakbij de Werkspoorkathedraal. Met die werkplaats krijgt BikeFlip ook direct zijn eerste fysieke verkooppunt in de stad. Dit ‘Flipstation’ is ook voorzien van een heuse testparcours. “Zo wordt het uitzoeken van een fiets echt een uitje voor het gezin. Wat mij betreft de leukste plek van Nederland.”
 

Bij bezoek aan het Flipstation krijgen kinderen – en ouders, broertjes en zusjes – ook direct een inkijkje in de ‘fabriek’. Bij BikeFlip is er geen sprake van een aparte productielocatie: bij iedere winkel volgt er een aangesloten werkplaats. Als een restaurant met open keuken krijgen klanten zo een inkijkje in wat er allemaal achter (of voor, in dit geval) de schermen gebeurt. 
 

Fietstechnici vinden

De oud-RetailRookie vult deze werkplaats met mensen die een werk-ervaringstraject volgen. Volgens Remie is dat de beste manier om aan fietstechnici te komen: mensen een plek aanbieden om er te leren. “Dat maakt ons een stabieler bedrijf. Ik denk dat dit de beste manier is om onze groei te kunnen bijbenen: duurzaam en behapbaar. Door dit soort dingen – maatschappelijk ondernemen – mee te pakken, is de kans op overleving groter.”
 

Het bedrijf maakt van afval van de schroothoop nieuwe producten, en ‘flipt’ zo duizenden stalen rossen. Deze worden aangeboden via een kinderfietsabonnement. Dat abonnement helpt BikeFlip aan zijn bestaanszekerheid: het bedrijf is immers verzekerd van omzet. Dat is – ook na 5 jaar – nog het geheime ingrediënt van het succes, vertelt de medeoprichter. “Dat maakt dat wij het anders doen. Natuurlijk zijn er branchegenoten die over de kop zijn gegaan, maar deze bedrijven doen wezenlijk iets anders dan wat wij doen.” Remie voorziet hierom niet dat het ooit afstapt van het abonnementsmodel, dat juist volgens sommige retailers niet of minder werkt. “Zeker niet. Dat is onze missie, waar we in geloven. Het abonnement is juist waarom we zo duurzaam zijn.”
 

Stad nummer 3

Het aantal abonnees groeit maandelijks met zo’n 10 procent. Dat aantal probeert BikeFlip omhoog te krijgen door te investeren in zijn fysieke footprint. Hoewel het openen van winkels de nodige kosten met zich meebrengt – vooral in de duurdere randstad, waar het bedrijf zich op focust – draagt dit ‘zeker’ bij aan de naamsbekendheid. “Natuurlijk kunnen we kinderen (en hun ouders) goed online helpen, maar fysiek is toch echt iets anders. Even een product vast hebben voordat je ‘m mee kunt nemen.”
 

Dat slaat zo goed aan, dat BikeFlip dit jaar nog een winkel opent. Nummer drie komt in havenstad Rotterdam. De locatie houdt Remie nog even geheim. Wat hij er wel over kan delen, is dat dit een langgekoesterde wens is. “We merken er echt veel animo. We hebben een paar Rotterdammers zover gekregen om bij ons langs te komen in Amsterdam, maar zoals je begrijpt is dat niet een gewenste situatie. At the end of the day merk je vanzelf welke steden wel en niet in trek zijn.”
 

Stad nummer 4

De startup maakt er geen geheim van dat de eerste focus ligt op de randstad; daarna pas op de rest van het land. Voor de oplettende lezer: BikeFlip mist nog 1 grote stad. “Den Haag volgt snel hierna. Al moet je wel begrijpen dat we best wat moeten omzetten om zo’n nieuwe locatie te kunnen openen. De grotere werkplaatsen met winkels die we openen, is onderdeel van ons plan om op veel meer plekken te kunnen leveren. We hebben echt niet als doel om alleen in de Randstad te blijven.”
 

Vorig jaar timmerden Remie en Beyer hard aan de weg om steeds meer servicegebieden aan zijn bestand te kunnen toevoegen, zoals in Hilversum en Amersfoort. Nu liggen de prioriteiten anders. “Waar we eerder misschien wat sneller opschaalden met ons servicegebied, zorgen we er nu voor dat de basis staat. We hebben alles steviger neergezet en geprofessionaliseerd.” Met het openen van de winkel in Rotterdam, bijvoorbeeld, wordt het servicegebied direct ook uitgebreid naar de havenstad. “Groei moet je rustig aan doen. Er zijn best wat medewerkers bijgekomen op de plekken waar het nodig is. Daarin hebben we echt een transitie gemaakt. Je wilt niet te hard groeien. Iets wat we wel zagen bij onze branchegenoten, bijvoorbeeld.”
 

Of volgend jaar de rest van ons land volgt, is nog maar bezien. “Helaas kennen veel mensen ons nog steeds niet, maar daar zijn we druk mee in de weer.”