Hudson's Bay kan onvoldoende bewijzen dat er sprake was van verboden kartelvorming onder de Nederlandse pandeigenaren. Om die reden mag de warenhuisketen geen getuigen horen, bepaalde het gerechtshof in Amsterdam dinsdag. Eerder oordeelde de rechtbank dat al.
Hudson’s Bay ging in Nederland eind 2019 failliet. Het moederbedrijf had bij het aangaan van de huurcontracten in 2016 de garantie afgegeven dat de huur tien jaar doorbetaald zou worden, ook als de keten in Nederland failliet zou worden verklaard.
De Canadese keten wilde onder ede getuigen horen om te bewijzen dat verhuurders aan kartelvorming deden. Daarnaast zouden ze contracten niet zijn nagekomen en niet hebben gezocht naar nieuwe huurders. Maar het gerechtshof in Amsterdam heeft het getuigenverhoor afgewezen. Dat verhoor zal waarschijnlijk ruim een jaar duren, terwijl de uitspraken in de meeste bodemprocedures dan al zijn gedaan. Tegelijkertijd kost het de rechterlijke macht en de betrokkenen veel geld, tijd en moeite.
Verhuurders hebben inmiddels al wel 34 miljoen euro aan voorschotten ontvangen nadat kortgedingrechters ze gelijk hadden gegeven. Er lopen daarnaast nog bodemprocedures die definitief uitsluitsel moeten geven over die bedragen.
Reacties 0