De Nederlandse e-bikemarkt is volwassener dan die van de buurlanden Duitsland en België. Dat blijkt uit cijfers van de jaarlijkse GfK E-bike Monitor 2020.
Zo blijkt dat de groep Nederlandse consumenten die een tweede e-bike aanschaft groter is dan bij onze buurlanden. Het gebruik van de e-bike ligt daarnaast ook hoger. Dertig procent van de potentiële e-bike-kopers in Nederland heeft al een elektrische fiets in zijn bezit. Dat is fors meer dan in Duitsland (dertien procent) en België (achttien procent).
Uit de cijfers bleek verder dat in België en Duitsland het aantal e-bike-kopers jonger is dan in Nederland. In ons land is het aantal 50- en 65-plussers met e-bike daarentegen weer beter vertegenwoordigd.
Dat in de buurlanden e-bikegebruikers doorgaans jonger zijn, heeft te maken met het type e-bike dat er verkocht wordt. Het aantal sportieve e-bikes dat verkocht wordt in Duitsland en België ligt namelijk een stuk hoger. Ook het bergachtige landschap in deze landen speelt een rol.
Een overeenkomst: de prijs speelt een grote rol. Voor de Nederlander is ook de actieradius belangrijk. Voor Duitse en Belgische consumenten geldt dat minder.
Reacties 0