HEMA ligt in de clinch met een leverancier over lederen producten die een te hoge concentratie chroom VI bevatten. De leverancier wil dat HEMA facturen ter waarde van zo’n negentigduizend euro betaalt, terwijl de retailer een schadevergoeding van enkele tonnen eist.
De leverancier maakt in Pakistan onder meer lederen handschoenen en babyslofjes voor het basisassortiment van HEMA. In maart 2015 constateerde de Duitse warenautoriteit dat een paar zwart lederen handschoenen een te hoge concentratie chroom VI bevatte, waarna de retailer werd bevolen de handschoenen uit de handel te nemen. Ook de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit legde vervolgens een verkoopverbod op.
Nadat uit tests bleek dat zowel de handschoenen als babyslofjes in sommige gevallen de norm overschreden, eiste HEMA een schadevergoeding van opgeteld zo’n vier ton van de leverancier. De retailer wil de openstaande facturen van in totaal negentigduizend euro met dat bedrag verrekenen.
In het geschil is het de vraag of de overconcentratie het gevolg is van omstandigheden gelegen in de risicosfeer van de leverancier of van de winkelketen. HEMA stelt dat de overconcentratie het gevolg is van een verkeerd looiproces, terwijl de leverancier erop wijst dat de aanwezigheid van chroom VI ook gedurende de opslag en transport door HEMA kan zijn ontstaan. Testrapporten uit Pakistan zouden aantonen dat de producten daar voldoen aan de norm.
De rechtbank in Amsterdam heeft zijn uitspraak in ieder geval uitgesteld tot maart. HEMA is gevraagd te bewijzen dat de overconcentratie is opgetreden in de risicosfeer van de leverancier.
Reacties 0