Je gaat alleen decennialang mee als je excelleert in wat je doet. Fans uit heel Nederland rijden met liefde een blokje om voor de regionale toppers Rinsma Modeplein, Landwaart Culinair en Morres Wonen. Zo houden ze hun kracht vast.
Foodgek pur sang
Wat: Landwaart Culinair Waar: Maartensdijk (Utrecht) Opvallend: ‘Boeren eten geen rauwkost’, zei men. Lange tijd was dat het meest verkochte product.
Elke dag gaan voor de beste kwaliteit. Dat vraagt om eindeloze inspanning en een tomeloze toewijding. In het geval van speciaalzaak Landwaart Culinair betekent het zelfs dat je de wereldkampioen ijsmaken laat invliegen uit Frankrijk om medewerkers de fijne kneepjes van het ambacht bij te brengen. “Ik ben nooit tevreden en wil er elke dag voor gaan”, zegt oprichter Wim Landwaart. En nu durft de doorgaans bescheiden ondernemer in ieder geval wel hardop te zeggen dat hij vindt dat hij het beste ijs van Nederland heeft.
Eenzelfde passie leggen hij en zijn team aan de dag voor de andere producten in de groente- en...
Je gaat alleen decennialang mee als je excelleert in wat je doet. Fans uit heel Nederland rijden met liefde een blokje om voor de regionale toppers Rinsma Modeplein, Landwaart Culinair en Morres Wonen. Zo houden ze hun kracht vast.
Foodgek pur sang
Wat: Landwaart Culinair Waar: Maartensdijk (Utrecht) Opvallend: ‘Boeren eten geen rauwkost’, zei men. Lange tijd was dat het meest verkochte product.
Elke dag gaan voor de beste kwaliteit. Dat vraagt om eindeloze inspanning en een tomeloze toewijding. In het geval van speciaalzaak Landwaart Culinair betekent het zelfs dat je de wereldkampioen ijsmaken laat invliegen uit Frankrijk om medewerkers de fijne kneepjes van het ambacht bij te brengen. “Ik ben nooit tevreden en wil er elke dag voor gaan”, zegt oprichter Wim Landwaart. En nu durft de doorgaans bescheiden ondernemer in ieder geval wel hardop te zeggen dat hij vindt dat hij het beste ijs van Nederland heeft.
Eenzelfde passie leggen hij en zijn team aan de dag voor de andere producten in de groente- en fruitspeciaalzaak in het Utrechtse Maartensdijk. Naast groente en fruit – de oorspronkelijke corebusiness – liggen er maaltijden, salades en sappen in de schappen. Er is ambachtelijk desembrood, gebak uit eigen patisserie, noten, delicatessen, koffie en thee. Het is pure liefhebberij. “Ik ben een echte foodgek en dol op vernieuwing. Zodra ik een nieuw product heb, moet ik het laten proeven aan de klant.”
‘Zodra ik een nieuw product heb, moet ik het laten proeven aan
de klant’
Het is een drive die zijn vruchten afwerpt. In de loop der jaren weten steeds meer foodliefhebbers de speciaalzaak te vinden. De omzet is omhoog geschoten, zo vertelt de ondernemer, die daar soms nog steeds een beetje verbaasd over is. Hij ziet dat steeds meer mensen kwaliteitsbewust zijn als het om eten gaat. De coronatijd gaf de zaken een extra duw. Sinds de coronaperiode groeit de omzet met 30 procent per jaar. Hij vervolgt: “Op de vrijdag voor de eerste lockdown ben ik bij een sterrenrestaurant hier in de buurt gaan vragen of ze interesse hadden in een meter van onze toonbank. Dat was een daverend succes, zowel voor hen als voor ons. We kregen er veel klanten bij en ze zijn nog gebleven ook. Het is hartstikke druk.”
Gelukkig hebben ze bij Landwaart nog nooit van personeelstekorten gehoord en waren de huidige 60 tot 70 medewerkers niet moeilijk te vinden. Kennelijk zijn er niet alleen veel mensen die lekker willen eten, maar ook die het willen bereiden. Het team van Wim Landwaart is net zo gek van mooie producten als hij.
Bitterballen voor de wachtrij
Al met al is er een hoop veranderd sinds de winkel zijn deuren opende in 1987. Landwaart heeft een achtergrond in het supermarktwezen en de versbranche, waarin hij samenwerkt met achtereenvolgens zijn vader en zijn broer. In de nieuwe winkel in Maartensdijk wil hij niet alleen groente en fruit, maar ook rauwkost verkopen. Het wordt hem afgeraden, want: ‘Boeren eten geen rauwkost’. Vanaf dag 1 is het zijn meest verkochte product. De zaken gaan goed. En ook echtgenote Riet komt in de zaak werken.
Toch vraagt het stel zich, mede door de opmars van de supermarkten, in 1994 af of er in de toekomst te leven valt van groente en fruit. Ze besluiten maaltijden te gaan verkopen, Hollandse kost zoals stamppotten en witlofschotels. 2 jaar later breidt de winkel ook uit in oppervlakte. Het brengt flinke investeringen met zich mee, maar de ondernemer blijft erin geloven. “Nadat ik een paginagrote advertentie had laten plaatsen met een kortingsactie voor de maaltijden liep het storm. ’s Avonds waren we nog steeds aan het werk om aan de vraag te voldoen. In 2001 hadden we een 3 keer zo grote toonbank nodig voor onze versmaaltijden.”
Landwaart weet daarnaast te groeien door steeds weer een nieuwe productgroep of tak toe te voegen. Catering is daar een voorbeeld van. En soms worden ook daaruit weer nieuwe ideeën en kansen geboren. Als een cateringklant vraagt of er misschien ook een stukje appeltaart kan worden geserveerd als dessert is dat geen probleem. Landwaart vraagt vaste kracht Tineke er eentje te bakken. Niet veel later komt een gast van het feestje vragen of die lekkere taart soms ook in een kleiner formaat verkrijgbaar is. “’Vanaf volgende week’ zei ik meteen, want een voorzet moet je inkoppen”, zegt Landwaart. “Tot op de dag van vandaag is die appeltaart ons best verkochte product. Het was ook het begin van onze eigen patisserie-afdeling.” En Tineke? Die werkt er nog steeds. Alles valt of staat dan ook met een goed team, zoals Landwaart meermaals benadrukt. Zonen Willem en Eelco voegden zich erbij en zijn inmiddels eigenaar. De familie en alle andere medewerkers streven volgens hem allemaal hetzelfde doel na: het maken van producten die zo lekker, gezond en vers mogelijk zijn. De winkel ontvangt verschillende prijzen en wordt onder meer uitgeroepen tot beste Biltse ondernemer, beste groenteman van Nederland en beste banketbakker.
Toch is lekker eten en drinken niet de enige motor voor het succes. Het is belangrijk je klanten te koesteren, zo klinkt het. “Mijn vader zei altijd dat de meeste mensen niet van winkelen houden en dat het daarom onze taak was om het gezellig te maken. Dat zit er nog steeds in. We treden op als gastheer en gastvrouw, schenken een kopje koffie in met een zelfgemaakt koekje en er is tijd voor een praatje. Dat maakt een bezoek bijzonder. Voor de feestdagen is het hier soms zo druk, dat de mensen buiten in de rij staan te wachten. Eigenlijk vind ik dat niet zo leuk. Om de wachtenden in de winter warm te houden heb ik al eens 200 bitterballen laten aanrukken. De laatste jaren schenkt een barista koffie en wordt er kerst- en paasbrood uitgedeeld. Dat mensen blijven wachten vind ik nog steeds heel bijzonder”, zegt de ondernemer.
Witte truffelboter
De klantenkring van Landwaart is breed en is simpelweg te kenschetsen als een groep mensen die van lekker eten houdt. Of ze nu uit de buurt komen, of uit plaatsen als Deventer, Arnhem, Nijmegen of Oostvoorne.
Het is geen reden voor het Landwaart-team om achterover te leunen. Een mooie omzet op de zaterdag is absoluut fijn. Maar op maandag begint het werk gewoon weer van voren af aan. De zelfverklaarde foodgek is doorlopend op zoek naar manieren om de klanten te blijven verrassen. Hij vertelt: “Ik ga regelmatig op reis om nieuwe producten te vinden en op ideeën te komen. Vaak neem ik een medewerker mee. En zo kom ik dan terecht bij een truffelboer in Italië omdat ik witte truffelboter wil maken voor de kerst. Die me vervolgens weer doorverwijst naar de beste botermaker in Wallonië. Zijn boter verkopen we nu ook. Zijn witte truffelboter bijvoorbeeld, zó lekker en nergens anders te krijgen. Ik probeer veel uit. Op dit moment richt ik me op het fermenteren van sappen. Zo blijven de gezonde eigenschappen zoveel mogelijk behouden.”
‘De meeste mensen houden niet van winkelen en daarom moeten wij het gezellig maken’
Belevingswinkel
Toch kon de foodondernemer aanvankelijk helemaal niet koken. Hij bekwaamde zich erin door mee te draaien bij anderen. Zoals de traiteur in Brugge aan wie hij vroeg of hij er een poosje mocht werken. “Ik ga voor de beste kwaliteit maar wil ook snappen en kunnen uitleggen waaróm het goede kwaliteit is”, zegt hij. “Een paar jaar geleden ben ik ook begonnen met brood. Desem, want dat is gemaakt van gefermenteerd deeg en daarmee gezonder en ook lekkerder. Iedereen verklaarde me voor gek. Inmiddels is het 1 van onze hardst groeiende producten. ‘Zulk lekker brood heb ik nog nooit gegeten’ klinkt het soms in de winkel. Dan ben ik best trots.”
Nu is de culinair ondernemer er ook de man naar om meteen op te merken dat niet alles lukt. Zo sloegen de maaltijden die nu zo grif over de toonbank gaan, in het begin niet aan. Ook bezorgde de uitbreiding van de winkel met de aankoop van 500 extra vierkante meters in 2008 hem wel een paar slapeloze nachten. Die ruimte moet je ook maar weer zien te vullen. “Gelukkig zijn we altijd goed blijven draaien. De winkel is alweer te klein. Onze bakkerij en de keuken waarin de maaltijden worden bereid, zitten inmiddels in een ander gebouw”, zegt hij. “Dat is een wens voor de toekomst: een pand met alles onder 1 dak. Met een grotere belevingswinkel dan nu. Dan kunnen we alles nog beter laten zien.”
Alles voor een goed gevoel
Wat: Rinsma Modeplein Waar: Gorredijk (Friesland) Opvallend: je treft hier alles wat je in de stad ook vindt
Mode-ondernemers Gerk Jan en Coby Rinsma bevinden zich begin jaren 90 op een kruispunt. Breiden ze hun familiebedrijf Modehuis Rinsma uit, met verschillende filialen in steden waar meer passanten komen? Of leggen ze de focus op de bestaande winkel in het dorpje Gorredijk, en maken ze die tot iets écht bijzonders wat de reis naar Friesland voor nog meer mensen rechtvaardigt?
Inmiddels is wel duidelijk dat de keuze op het laatste is gevallen. En ook dat dat de ondernemersfamilie geen windeieren heeft gelegd. Rinsma Modeplein, zoals het bedrijf inmiddels heet, kende sindsdien een enorme groei in zowel oppervlakte en medewerkers als in klanten. Inmiddels weten wekelijks duizenden het modehuis te vinden. “De keuze van mijn ouders heeft goed uitgepakt”, zegt dochter en huidig directeur Anna Rinsma. “Ook als je bedenkt dat winkelgebieden in middelgrote steden het de laatste jaren zwaar hebben.”
‘Bij klanten geldt: hoe groter de reis, hoe hoger de eis’
Met Anna en haar man Henk-Jan, eveneens directeur, staat de vijfde generatie aan het roer in het 136 jaar oude familiebedrijf. Ook haar vader en moeder werken nog steeds op de winkelvloeren die in totaal zo’n 8.000 vierkante meter beslaan. De klant heeft er keuze uit 350 merken in dames- en herenmode en uit de winkels Zij van Rinsma, de Heeren van Rinsma, Qulotte Lingerie & Badmode en Rinsma Schoenen. Er is ook een huisbarbier. En eigen horeca in de vorm van een lunchroom en een restaurant met terras aan het water. Of, zoals de modetelg zegt: “Je treft hier alles wat je in de stad ook vindt.”
Samen met de gratis parkeergelegenheid voor de deur is dat dan ook waar de aantrekkingskracht in schuilt. Voor een deel. Het mantra ‘Hoe groter de reis, hoe hoger de eis’ van vader Gerk Jan zit ook bij de huidige generatie goed tussen de oren. Een bezoekje aan het modeplein moet de moeite waard zijn. In alle opzichten.
Speciale gelegenheden
Persoonlijke aandacht is daarbij onmisbaar. Het familiebedrijf is groot geworden door service, laat Rinsma weten. “We zijn een grote winkel maar streven naar de service van een boutique. Dat begint al met het kopje koffie met iets lekkers bij binnenkomst. Je ziet het ook terug in de persoonlijke adviezen van onze medewerkers die op zoek gaan naar het best passende kledingstuk bij iemands gezicht en figuur; kleding die het zelfvertrouwen vergroot. De agenda staat vol met personalshopping-afspraken. We hebben er zelfs speciale daglichtsuites voor ingericht.”
Ook is er altijd wat te doen bij de Rinsma’s. Een masterclass van een stylist bijvoorbeeld, of de mogelijkheid tips en tricks op te doen van een aanwezige visagist. Er zijn modeshows, een high tea en brunches. “De horeca is erg in trek. Soms vergeet ik dat even en denk ik: ‘Wat is het toch stil in de winkels’. Vervolgens zie ik dat de klanten volop zitten te lunchen tussen 13 en 14 uur. Het is een sterke combinatie. ‘Als jullie iets doen, doen jullie het goed’, zei laatst iemand. Dat is precies de bedoeling.”
De doelgroep van Rinsma wordt op de vloer weleens gekscherend omschreven als ‘iedereen tussen de 18 en 88’. Het is een referentie naar het jaar 1888, waarin het bedrijf werd gesticht. Maar die omschrijving is wat te algemeen. Het zijn vooral mensen die waarde hechten aan mooie kleding en graag geholpen willen worden bij het vinden ervan. Modische klanten, variërend van de werkende man en vrouw tot de bruidegom en het oudere echtpaar. “Van de 10 mensen die we binnenkrijgen komen er 6 tot 7 vanwege een speciale gelegenheid zoals een diploma-uitreiking, of omdat ze gast zijn op een bruiloft.”
Het zijn mensen uit de regio. Maar ook daarbuiten. De dame uit Amsterdam bijvoorbeeld, die 2 keer per jaar afreist naar de Friezen voor een nieuwe garderobe-aanwinst, omdat ze er naar eigen zeggen beter wordt geholpen dan in de Randstad. Ze is niet de enige, merkt Rinsma op. De laatste 2 decennia groeide de retailer in Gorredijk van lokale speler steeds meer uit tot een bovenregionaal merk.
Om de groei in goede banen te leiden en goed op klantwensen in te blijven spelen investeerde het familiebedrijf verschillende keren flink in de winkel. Meest recent is de verbouwing van 2022. “Aan de kant van de dorpskern hebben we 2 buurpanden die al in ons bezit waren, platgegooid en opnieuw gebouwd. Nu bieden ze op de begane grond ruimte aan extra horeca met terras aan het water om de verblijfsduur te verlengen en lokaal iets terug te doen. Op de andere verdiepingen zijn ons magazijn met de voorraden, weborderafdeling, customercare, kantine en kantoren gevestigd. Daarnaast hebben we verschillende winkelafdelingen op de begane grond een facelift gegeven”, somt ze op.
Mode en emotie
De laatste 10 tot 15 jaar bevindt het bedrijf zich segment-technisch tussen midden en hoog. Rinsma zoekt de laatste jaren meer aansluiting bij de bovenkant van de markt. De voorkeur gaat daarbij uit naar leveranciers die met snelwisselende collecties kunnen komen zodat er regelmatig iets nieuws in de rekken hangt.
Service verlenen en een persoonlijke benadering staan of vallen natuurlijk met goede krachten. Het modehuis investeert volgens Rinsma veel in medewerkers, met behulp van bijvoorbeeld trainingen, en spant zich in om ook jongere generaties voor het vak te interesseren. Ze vervolgt: “Niet iedereen heeft helder voor ogen hoe mooi werken in de mode kan zijn. En hoezeer retail en mode gepaard gaan met dynamiek en emotie. Kleding raakt verschillende lagen. Met een goed advies en kledingstuk kan iemand zich daadwerkelijk beter voelen. Je kunt anderen er op zo’n mooie manier mee helpen.”
De verschillende kostenstijgingen zijn een andere uitdaging. Die volledig doorberekenen in de prijzen is geen optie, omdat het bedrijf de prijzen marktconform wil houden. Rinsma probeert het verdienmodel te optimaliseren door aanpassingen te maken aan de kostenkant. Het ondernemerschap doet hoe dan ook, vroeg of laat, een beroep op je veerkracht. De retailvrouw ondervond het aan den lijve tijdens de coronapandemie. Een rottijd, noemt ze het, die ook nog eens veel geld kostte. Al zat er ook een mooie kant aan. “Het was prachtig hoeveel solidariteit er intern ontstond en hoe flexibel de organisatie is. De eerste lockdown was nog maar net een feit toen er op de winkelvloer al een heel sorteercentrum op poten was gezet. Binnen 2 dagen reden er 8 auto's rond met Rinsma Bezorgt-bedrukking die alle webshopbestellingen binnen 2 uur rijafstand persoonlijk bezorgden bij de klanten. Maar: het was spannend. Het is heel moeilijk om zo afhankelijk te zijn van de beslissingen van de overheid. Ik ben juist ondernemer geworden om de zaken meer in eigen hand te hebben.”
‘Niet iedereen weet hoe mooi werken in de mode kan zijn’
Rinsma Modeplein heeft sinds een jaar of 10 een webshop. Die moet voldoen aan de eisen van de tijd en tegelijkertijd herkenbaar zijn voor de klant. “De vraag is hoe we ook online onze passie en traditionele waarden zoals service en persoonlijke aandacht overbrengen. Op dit moment personaliseren we onze dienstverlening op basis van een datamanagementplatform en verbeteren we de integratie tussen on- en offline. Er zijn best nog wat stappen te zetten, maar zo leren we de klant beter kennen. Uiteindelijk is dat toch waar het om draait: dat je ‘m blij kunt maken. Dat maakt mijn werk zo leuk.”
De winkel als warm bad
Wat: Morres Wonen Waar: Hulst (Zeeland) Opvallend: de meest Vlaamse winkel van Nederland
Walter van de Griendt kon aan de bak in 2009. In dat jaar kocht hij samen met Ben Mandemakers het failliete Morres Wonen. De meubelwinkel in het Zeeuws-Vlaamse Hulst had successen gekend. Toch was het de laatste jaren berg afwaarts gegaan. “De winkel was oubollig geworden, sleets. Dat riep bij mij de vraag op waar Morres Wonen ooit wel goed in was”, zegt de huidige directeur. Op dat moment had hij er al 20 jaar ervaring bij de Bijenkorf op zitten.
Retail, leisure, hospitality
“In de jaren 70 was de slogan ‘Kom eens een dagje Morressen’ gemeengoed. Ik vond dat dat de bron moest zijn voor de nieuwe formule. In de hoogtijdagen hadden mensen thuis al de catalogus bekeken voor ze de reis naar Hulst maakten. Ze kwamen voor de meubels, maar ook voor de horeca en het entertainment. Toen al. Ze deden er een drankje, volgden een kookles. Wist je dat Gert Verhulst van Studio 100 ooit is begonnen bij Morres Wonen, op de zondagmiddag?”
In het nieuwe Morres Wonen komt dat allemaal, behalve Gert dan, terug. Al heet de woongigant in de woorden van Van de Griendt nu een destinationstore en is het ‘dé plek waar retail, leisure en hospitality samenkomen’. Op een oppervlak van 40.000 vierkante meter vindt de klant met 250 merken alles voor het huis onder 1 dak. Morres Wonen positioneert zichzelf als fullservice woonwarenhuis en verkoopt naast meubelen allerlei andere artikelen zoals keuken-, bad- en bedtoebehoren. In verschillende stijlen, maar altijd met een modern handschrift.
‘De wereld veranderde en Morres Wonen speelde daar niet genoeg op in’
In die zin vormt de onderneming een groot contrast met de meubelmakerij van Fré Morres, die 115 jaar geleden de vestiging van Morres Wonen op die plek inluidde. De meubelmaker wist te profiteren van een stroom Belgen die naar grensstad Hulst komen om er boter te kopen, zo verhaalt Van de Griendt. Jaren later, vanaf 1963 om precies te zijn, zorgt het feit dat de winkel op zondag open is – en veel winkels in Nederland niet – voor de nodige aantrekkingskracht. Hulst komt steeds meer op de kaart te staan en Morres Wonen ook.
Geen discussie met de klant
Al tekenen zich ook dan verschillende ontwikkelingen af in het retaillandschap. “Die zondagopening was er op een gegeven moment overal. Mensen trokken erop uit naar meubelboulevards. De wereld veranderde. Men heeft daar destijds niet genoeg op ingespeeld.” De woonwinkel van vandaag geeft op verschillende manieren invulling aan de combinatie van retail, leisure en hospitality. “We ontvangen bezoekers met een glaasje, hangen hun jas weg, leggen uit hoe de winkel werkt en geven een plattegrondje mee. Ook koppelen we klanten zoveel mogelijk aan een relevante specialist. Er is veel aandacht voor interieuradvies. Soms wordt er een 3D-tekening gemaakt, andere keren wandelen klanten met een VR-bril rond in hun eigen huis. En natuurlijk kunnen ze altijd terecht in 1 van de 5 bars of in de brasserie met terras. Er is altijd wel een expositie of workshop.”
Net als in de tijden van toen is er ook nu dus altijd wat te beleven bij Morres Wonen. Gastvrijheid is daarin een belangrijke factor, net als service. Het vertaalt zich in een glimlach en in vakkennis volgens de directeur, maar net zo goed in de meubels die er worden verkocht. In Hulst geldt een laagsteprijsgarantie. Wie een bank of tafel ergens anders goedkoper vindt, krijgt – onder bepaalde voorwaarden – het verschil terug en een cadeaubon van 100 euro. “Ook bieden we een zit- en slaapgarantie van respectievelijk 30 en 90 dagen.
Daarnaast geloof ik heilig in doen wat je belooft”, zegt hij. “Niet pas na 8 weken leveren als je er 4 hebt toegezegd dus. Klachten los je gewoon op zonder te verwijzen naar de kleine lettertjes. En de klant heeft altijd gelijk, ook als hij geen gelijk heeft. Ik wil niet in discussie.” Veel liever ziet de woonondernemer de winkel als een warm bad. En als INRetail-directeur Jan Meerman zegt dat Morres Wonen meer een café is dan een winkel, zoals Van de Griendt opmerkt, is hij daar alleen maar blij mee. Het is precies wat hij wil. Morres Wonen verkoopt ook geen meubels, maar woonplezier.
Er wordt veel tijd en geld gestoken in de styling van de winkel en in ‘verborgen verleiders’. “Lopend door onze winkel moet je ideeën opdoen. Daarom hebben wij als 1 van de weinigen nog wel een uitgebreide kerstafdeling. Dat soort dingen maakt een winkel attractief. Met alleen spullen red je het niet meer. Er is een toegevoegde waarde nodig, willen mensen je bezoeken.”
‘Als je Belgen aanspreekt zoals je in Amsterdam doet, dan heb je snel een lege winkel’
Belgen
Van die bezoekers is 70 procent Belg. Het maakt Morres Wonen volgens Van de Griendt de meest Vlaamse winkel van Nederland. Het zijn vaak socializers; mensen die het niet alleen fijn vinden om in een mooi en gezellig huis te wonen, maar die er ook graag regelmatig vrienden ontvangen. “De Belgen komen voornamelijk uit het gebied tussen Mechelen en Brugge. Zij winkelen hier graag vanwege de service die – hoewel je misschien het tegendeel verwacht – in ons land stukken hoger ligt dan in België. Vanuit Nederland kwamen mensen vroeger uit het hele land. Nu is dat vooral vanuit het zuidwesten tot aan Rotterdam.”
Om de klant te blijven verrassen is het volgens de Morresman zaak om het elke dag een beetje beter te doen. “Om te winnen moet je harder trappen, zei wielrenner Gerrie Knetemann al. Dat is met ondernemen ook zo. Het is een kwestie van hard werken en altijd scherp en bij de tijd blijven. Alleen zo kun je vernieuwen. Dan nog heb je goede en slechte jaren. De grootste uitdaging? Morres Wonen er weer bovenop krijgen in 2009. Gelukkig is dat goed gelukt. In een Belgisch brancheonderzoek zijn we uitgeroepen tot meest inspirerende woonwinkel.”
Gevraagd naar wat hem is tegengevallen, zegt hij direct: “Mezelf.” Het heeft vooral te maken met hoe hij naar anderen keek. Meer specifiek: naar Belgen en Nederlanders. Van de Griendt dacht dat ze elkaar in cultuur en gedrag niet zo veel ontliepen.
Cultuurkloof
Een misvatting, zo bleek: “Als je Belgen aanspreekt zoals je in een winkel in Rotterdam of Amsterdam doet, dan heb je over 2 maanden een lege winkel. Een Vlaming laat niet snel het achterste van zijn tong zien en is wat wantrouwend richting Nederlanders. Bovendien hecht hij veel waarde aan contact en minder aan contract, zoals wij neigen te doen. Een Belg moet je minder assertief en minder direct benaderen. Meer op een horeca-achtige manier. Gelukkig ligt me dat wel, want ik vind gastvrijheid belangrijk en heb een achtergrond in de hotellerie. Maar die verschillen heb ik in het begin onderschat.”
Ook nu vindt de retailer nog uitdagingen op zijn pad. De concurrentie van de reisbranche en de horeca bijvoorbeeld. “Die beleven nog steeds een boost nadat mensen in de coronaperiode 2 jaar lang geen kant op konden. Mensen zoeken het ook meer in ervaringen dan in spullen. Dat betekent simpelweg dat we nóg meer ons best moeten doen. Ons vak is nooit af.”
Voor Van de Griendt zelf is het werk binnen niet al te lange tijd wel gedaan. In ieder geval bij Morres Wonen. Dit jaar tikt hij de 67 jaar aan. Volgend jaar neemt hij afscheid van zijn werkzame leven. Al blijft hij de ontwikkelingen in de branche op de voet volgen. “Ik ben benieuwd hoe de onlineverkoop van meubels er in de toekomst uitziet. En ook hoe binnensteden transformeren. Het zijn interessante tijden, vol verandering. Ook voor Morres Wonen, want het is tijd voor de volgende generatie.”
Dit is een premium artikel
Verder lezen?
Sluit je net als 2.500 bedrijven aan bij de RetailTrends-community
Slechts€10voor de eerste maand
Word member van RetailTrends en krijg;
✅ toegang tot alle premium content;
✅ het RetailTrends-magazine (print + online);
✅ net als 40.000 nieuwsbriefabonnees dagelijks het laatste nieuws in je mailbox;
✅ gratis vacactureplaatsingen op RetailTrends Jobs;